Eigenaar HaCarmel: Israëlische vlag blijft hangen zolang ik leef
Hun koosjere restaurant HaCarmel in Amsterdam is al jaren doelwit van antisemieten en Israëlhaters. Onlangs nog sneuvelden twee ruiten en ging de vlag met de davidster in vlammen op. Hoe zijn de Joodse eigenaren van de belaagde eetgelegenheid daaronder? In gesprek met vader Sami (65) en zoon Daniël (31) Bar-on.
Met pensioen? Bijna verontwaardigd schudt de 65-jarige Sami Bar-on zijn hoofd. „Zolang ik kan lopen, blijf ik werken in HaCarmel. Het is mijn baby.”
Zoon Daniël: „Vader heeft van zijn hobby zijn werk gemaakt.”
Vader: „Op mijn vrije vrijdag en zaterdag verveel ik me enorm. Als ik stop, zal ik met een brancard uit HaCarmel gedragen moeten worden. Dus als het echt niet meer gaat.”
De pandemie heeft HaCarmel hard geraakt. Daniël Bar-on: „Maandenlang hadden we geen gasten. Nu komen ze weer mondjesmaat.”
Terreur
„Buitengewoon zorgelijk en onverdraaglijk.” Zo noemde burgemeester Femke Halsema van Amsterdam enkele weken geleden in een raadsdebat de reeks vernielingen aan het Israëlische, koosjere restaurant. „Het heeft er de schijn van dat HaCarmel het symbool is van anti-Joodse en antisemitische acties.”
Begin mei werden bij het restaurant aan de Amstelveenseweg twee ruiten vernield. Ook ging de Israëlische vlag boven de deur in vlammen op. Voor de vernielingen is de Palestijns-Syrische Saleh A. (31) opgepakt.
Diezelfde man sloeg eind 2017 de ramen in van HaCarmel, stal de Israëlische vlag en zwaaide met een Palestijnse vlag. A. riep daarbij ”Allahu akbar”. De man werd veroordeeld tot zes weken cel.
Hoe kijkt u terug op dat incident in 2017?
Vader Sami Bar-on: „Ik was kwaad. Het was Jodenhaat. Terreur. Ik was blij dat ik niet in het restaurant was. Anders was ik die man te lijf gegaan.”
Zoon Daniël Bar-on: „Ik ben geschrokken van de vernielingen. U zou ook schrikken als ze bij u met een knuppel de ruiten inslaan. Het stoort ons dat de rechters de zaak hebben afgedaan als was de dader een verwarde man. De straffen voor dit soort antisemitische acties zijn te laag. Ze vormen geen enkele drempel voor anderen om ons restaurant te belagen.”
Vader: „Ik was bij de rechtbankzittingen. De dader was niet verward. Hij had moeten worden aangeklaagd voor een terroristisch misdrijf.”
Zoon: „Deze man kwam in actie vanwege onze geloofsovertuiging, om politieke zaken die in Israël spelen. Terwijl ik als ondernemer in Nederland niks te maken heb met beslissingen van de Israëlische regering.”
Vader: „Hij pleegde de vernielingen kort nadat de Amerikaanse president Trump bekendmaakte dat de Amerikaanse ambassade zou verhuizen van Tel Aviv naar Jeruzalem.”
U krijgt publieke steun van politieke leiders als Geert Wilders, Thierry Baudet, Gert-Jan Segers en Kees van der Staaij. Wat vindt u daarvan?
Zoon: „Die steun waarderen we enorm.”
Vader: „Wilders twitterde een keer: „Sterkte, Sami.” Dat doet me goed. Na de vernielingen in 2017 kregen we tachtig bossen bloemen en honderden kaarten en zelfs gedichten. Vooral vanuit Urk was de steun groot. Een kleine, rode Urker, handelaar en vader van negen of elf kinderen, geloof ik, kwam geregeld eten met een groep. Ook mensen uit Katwijk weten ons te vinden.”
Verdacht pakketje
In januari lag er een verdacht pakket voor HaCarmel. De Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EOD) werd opgetrommeld. Het bleek een ‘neppakket’.
Zoon: „De dader heeft het pakketje ’s avonds laat, na sluitingstijd, neergelegd.”
Vader: „Als een dief in de nacht. Erg laf. Kom dan overdag. Dan kunnen we praten.”
Bent u bang na dat soort intimiderende acties?
Vader: „Ik heb lak aan lieden dit soort dingen doen. Vorige week nog kwamen een paar getinte mannen in hun auto langzaam voorbij rijden. Tuut, tuut, tuut. Ze staken hun middelvinger naar me op. Ik rende naar buiten en wenkte ze. Maar de angsthazen reden door.”
Zoon: „Vrijwel wekelijks bespugen mensen de ruiten van HaCarmel.”
Vader: „Met een viltstift had iemand pas ”Find Jew” op het restaurant gekalkt. Dus alsof ze iets willen zeggen als: Wij weten jullie Joden te vinden. Toen ik die tekst had weggeveegd, stonden dezelfde woorden er een paar dagen later weer. In hetzelfde handschrift. Dat heeft niks te maken met een kwajongensstreek.”
In maart 2019 pleegde Gökmen T. een jihadistische aanslag in Utrecht, waarbij vier doden vielen. Vreest u voor zo’n scenario in uw restaurant?
Vader: „Zelf ben ik niet bang, ik maak me alleen zorgen over onze gasten.”
Zoon: „De persoon die een zogenaamd bompakket neerlegde, wilde angst creëren. Dat is duidelijk. Tot nu toe vielen er gelukkig geen slachtoffers. Maar de kans bestaat dat het een keer fout gaat. Toch denk ik dat het risico op een aanslag beperkt is. We hebben beveiligingsmaatregelen genomen. Maar hoe dan ook zijn we een doelwit.”
Provocatie
Op internet woedde enkele weken geleden een venijnig debat over uitspraken van Stefan Paas, voorheen theoloog des vaderlands. Hij tweette over de meest recente aanval op HaCarmel, waarbij de Israëlische vlag in brand werd gestoken, onder meer: „Het is toch niet zo moeilijk te begrijpen dat die vlag geen fijn gezicht is voor Palestijnen of zelfs als provocatie kan worden opgevat? Dat maakt het niet minder strafbaar overigens.” Paas kreeg slaande ruzie met onder meer Esther Voet, hoofdredacteur van het Nieuw Israëlietisch Weekblad.
Wat vindt u van de stelling dat Palestijnen het ophangen van de Israëlische vlag als een provocatie kunnen opvatten?
Zoon Daniël Bar-on, verontwaardigd: „Een Grieks of Italiaans restaurant mag ook hun eigen vlag ophangen. Je hebt een beperkt inzicht als je het uithangen van de Israëlische vlag als provocatie ziet. Mensen mogen kritiek hebben op Israël, maar belaag geen koosjer restaurant.”
Vader Bar-on: „Zo lang ik leef, zal die vlag boven de deur van HaCarmel hangen. Vroeger was de vlag 1 meter bij 80 centimeter. Na het incident in 2017 waarbij de ruiten werden ingeslagen, heb ik een groter exemplaar opgehangen: 2,5 meter bij 1,5 meter.”
Hebt u de indruk dat Joden in Nederland meer last krijgen van antisemitisme?
Zoon: „De problemen rond HaCarmel buiten beschouwing latend, heb ik zelf geen last van Jodenhaat. Maar dat komt omdat ik niet herkenbaar ben als Jood. Ik draag geen keppeltje. Wel hoor ik verhalen van Joden die bespuugd worden of de Hitlergroet krijgen.”
Vader: „Ze worden uitgemaakt voor kankerjood.”
Zoon: „Dat is van de zotte, zeker als je denkt aan de Holocaust. Het probleem van antisemitisme wordt niet kleiner, vrees ik.”
Vader: „De problemen komen vanuit de moslimbevolking. Ik ben nog nooit door een Hollandse jongen uitgescholden. Alleen maar door getinte types.”
Zoon: „Wees voorzichtig, je moet niet een hele groep zo wegzetten.”
Vader: „Ik wil niet alle 1,5 miljard moslims in de wereld over één kam scheren. Maar als 20 procent van hen fanatiek is, heb je wel een probleem. Ga maar tellen.”
Zoon: „Val mensen met een keppeltje of met een hoofddoek niet lastig. En belaag geen mannen die hand in hand lopen. Je kunt het met die mensen oneens zijn, maar druk je eigen opvattingen niet door en word al helemaal niet agressief.”
Varkensvlees
Begin dit jaar ontstond ophef over praalwagens tijdens carnaval in het Belgische Aalst. Daar waren poppen te zien van Joden met stereotyperende haakneuzen.
Wat vindt u daarvan?
Zoon: „Ik ben altijd in voor een grapje, maar vind dit soort poppen niet kunnen.”
Vader: „Haakneuzen verwijzen naar stereotypen die de nazi’s van Joden maakten.”
Zoon: „Ik begreep dat tijdens carnaval ook mensen in nazipakken rondliepen. Doe dat niet. Bedenk dat miljoenen Joden bewust zijn uitgeroeid. Ook grapjes over de slavernij vind ik belachelijk. Bedenk iets beters.”
Rondreis
Vader en zoon Bar-on zien zichzelf niet als orthodoxe Joden. „Ik kom een paar keer per jaar in de synagoge, vooral tijdens Joodse feestdagen”, zegt vader. Zoon: „We eten wel koosjer. Ik weet niet hoe varkensvlees smaakt.”
Vader zag het levenslicht in de Israëlische stad Beersheva. Na zijn dienstplicht in Israël vertrok hij op 23-jarige leeftijd met een kameraad naar Europa. Ze maakten er een rondreis van een halfjaar. De jongemannen begonnen de trip in Nederland. „Daar konden we een busje huren én verzekeren.” Sami Bar-on kon aan de slag in een Amsterdams restaurant. Hij ontmoette in Nederland zijn vrouw, van wie hij in 1996 scheidde. Het stel kreeg drie zoons: Daniël, David en Jaron. „Joodse, maar ook internationale namen.”
Daniël trok in de voetsporen van zijn vader. Op zijn zestiende begon hij aan een horecastudie. In het koosjere restaurant van vader, toen nog gevestigd in de Amsterdamse Jodenbreestraat, hielp Daniël een handje mee. „Gezellig. Hard werken, veel rennen.” Zijn broers David en Jaron werken beiden in een bakkerij.
Daniël is vader van twee dochters, Sarah en Ella. De dertiger is niet alleen mede-eigenaar van HaCarmel (waar zijn vader vooral de scepter zwaait), maar runt ook een cateringbedrijf voor koosjere producten.
Koosjer eten – dat betekent dat bijvoorbeeld niet alleen varkensvlees taboe is, maar ook weekdieren en schaal- en schelpdieren op het menu ontbreken.
Wat typeert de koosjere keuken van HaCarmel?
Daniël: „Wij serveren mediterrane gerechten. De mix van kruiden is bij ons anders dan in bijvoorbeeld een Chinees restaurant. We gebruiken onder meer koriander, paprika, komijn en za’atar, gedroogd blad van de za’atarplant. Zelf ben ik een liefhebber van falafel, een Arabisch gerecht dat bestaat uit gefrituurde balletjes met daarin kikkererwten.”
Denkt u ooit terug te keren naar Israël?
Vader: „Nee, al kom ik er wel een keer of vijf per jaar. Bijvoorbeeld om mijn oude moeder te bezoeken. Joodse feestdagen vier ik vaak in Israël.”
Zoon: „Ik ben in Nederland geboren en heb het hier goed. Nederland is goed georganiseerd. Denk aan de prima wegen en de goede ziektekostenverzekering. Ongeveer eens per jaar reis ik naar Israël. Dat voelt als thuiskomen. Want ik voel me ook Joods. In Israël genieten we van de cultuur, de zon en de zee.”
Koosjer eten
Koosjere eetgelegenheden zijn in Nederland voor zover bekend alleen in Amsterdam te vinden. Naast HaCarmel telt de hoofdstad nog een ander koosjer restaurant, Meat Me. Verder zijn er nog andere koosjere zaken, zoals een enkele snackbar, pizzeria, bakker en kruidenierszaak. Sommige supermarkten hebben een koosjere afdeling. De Joodse gemeenschap in Nederland is voor een fors deel gesitueerd in Amsterdam-Buitenveldert. In andere Europese landen zijn koosjere eetgelegenheden vooral te vinden in Antwerpen en Londen, zegt rabbijn Lody van de Kamp. Die steden kennen omvangrijke Joodse gemeenschappen.