Iets meer in de portemonnee in 2020
Werkenden, maar bijvoorbeeld ook AOW’ers, hebben volgend jaar iets meer in de portemonnee. Mede door veranderingen bij belastingen en premies zullen Nederlandse huishoudens „door de bank genomen” meer te besteden hebben. Dit is dus onafhankelijk van eventuele loonsverhogingen.
Dat verwacht verantwoordelijk minister Wouter Koolmees (Sociale Zaken). De belastingtarieven veranderen. Tot ruim 68.000 euro bruto komt er nog maar één tarief. Daarnaast daalt het hoogste belastingtarief. Verder worden de arbeidskorting en de algemene heffingskorting hoger. Dat leidt tot een hoger nettoloon op het loonstrookje.
Voor mensen met een zogenoemd modaal inkomen rond de 35.000 euro bruto per jaar betekent dat vanaf januari bijna 2 procent meer inkomen dan in december. Voor inkomens van 40.000 en 45.000 euro gaat het om 2,2 procent meer door de lastenverlichtingen.
Mensen met een uitkering zien ook een hoger nettobedrag en profiteren van een kleine verhoging van de zorgtoeslag. De AOW-uitkering wordt hoger doordat die onder meer wordt aanpast aan de gestegen prijzen (indexatie). Maar het aanvullend pensioen zal in de meeste gevallen niet worden geïndexeerd.
Gemiddeld stijgt de koopkracht van huishoudens volgend jaar met 2,1 procent, meldde het Centraal Planbureau eerder woensdag al.
„Hoeveel mensen uiteindelijk kunnen besteden, wordt bepaald door meer dan alleen de ontwikkeling van het loonstrookje en de toeslagen”, benadrukt Koolmees. „Prijsstijgingen en loonsverhogingen spelen bijvoorbeeld ook een belangrijke rol.”