Juristen waarschuwen voor stikstofbeleid
Aan de vooravond van het Kamerdebat over de stikstofproblematiek donderdag kregen Kamerleden woensdag al een reeks waarschuwingen mee. „We hebben met dit soort modellen eigenlijk geen idee wat de werkelijkheid is.”
Op de dag dat duizenden boeren protesteerden bij het RIVM in Bilthoven en in Den Haag, sprak de Tweede Kamer met genodigden in een rondetafelgesprek over onder meer het rekenmodel dat het instituut gebruikt om de depositie (neerslag) van stikstof in de natuur te bepalen.
Geesje Rotgers, onderzoeksjournalist, wees op de onzekerheden bij dat model. „Op landelijke schaal is dat 30 procent, maar op lokale schaal is dat 50 tot 100 procent.” Dat betekent dat als er tientallen kilo’s stikstof op een hectare neerslaan, daar ook tientallen kilo’s onzekerheid bij kunnen gelden, aldus Rotgers. „De Raad van State zette een streep door de PAS-wetgeving, omdat de depositie toeneemt met bijvoorbeeld 0,05 mol, dat is 1 gram. Vanwege 1 gram stikstof worden bouwprojecten en veehouderijontwikkelingen stilgelegd, terwijl op het model een onzekerheid zit van tien, twintig, dertig kilo.” Haar conclusie luidde dan ook: „We hebben met dit soort modellen eigenlijk geen idee wat de werkelijkheid is.”
Jan Cees Vogelaar zei dat hij met zijn Mesdag Zuivelfonds vanaf begin volgend jaar de daadwerkelijke neerslag van stikstof gaat laten meten rond een aantal veehouderijen en in een aantal natuurgebieden. „U als Tweede Kamer kunt pas echt gaan beslissen over beleid als er zekerheid is over wat zich nu daadwerkelijk voltrekt. En als u wel beslissingen neemt die in enorme contradictie kunnen staan met hetgeen wat het volgens ons de komende tijd zou kunnen opleveren, dan wacht ons een hele lange juridische strijd.”
Kees van Luijk van het RIVM stelde dat Nederland bedreven is in het werken met modellen. „Modelberekeningen zijn niet zomaar een theoretische werkelijkheid; ze worden steeds geijkt aan metingen.” Volgens Van Luijk is het weliswaar zo dat meer metingen de nauwkeurigheid verbeteren, doet dit gegeven „geen afbreuk robuustheid en betrouwbaarheid op dit moment.”
Rechter
Vanuit juridische hoek klonken waarschuwingen. Advocaat Franca Damen zei dat de onzekerheden en onduidelijkheden in de modellering met het oog op het zorgvuldigheidsbeginsel moeten worden weggenomen voordat er maatregelen worden getroffen. Volgens Damen kan er discussie ontstaan over de vraag of „rigoureuze maatregelen zoals het innemen van latente ruimte en dierrechten” juridisch wel gerechtvaardigd zijn.
Volgens Kees Bastmeijer van de Universiteit Tilburg is het echter onverstandig om een beroep te doen op onzekerheden en systemen die niet goed werken om zo ruimte te krijgen voor het verlenen van vergunningen en een drempelwaarde in te stellen; dat zou namelijk voor het tegenovergestelde zorgen, stelde hij. „Vliegen in oplossingen als extern salderen of een drempelwaarde inbouwen is gewoon echt niet de weg. Dan sta je zo weer voor de rechter, en dat zou jammer zijn.”
Juridisch adviseur Valentijn Wösten waarschuwde dat het met vrijwilligheid niets wordt. „Dat hebben we de afgelopen tien, twintig jaar al gedaan.” Ook Chris Backes van de Universiteit Utrecht vond het vrijwilligheidsaspect een zwakke schakel.
Minister Schouten (LNV) kondigde onlangs aan dat het kabinet onder meer inzet op het op vrijwillige basis uitkopen van boeren nabij kwetsbare natuur.