Lavrov moppert over media en taal
De Russische minister van Buitenlandse Zaken, Sergey Lavrov, vindt het onbegrijpelijk dat terroristen in de Europese Unie de vrijheid krijgen hun standpunten in de media naar voren te brengen. Verder vindt hij dat de Russische taal ten onrechte gediscrimineerd wordt in de nieuwe Europese lidstaat Letland.
Lavrov maakte zijn opmerkingen dinsdag in Den Haag na afloop van voorbereidende besprekingen over de Europees-Russische top van 11 november in de hofstad. De Europese Unie wil op vier terreinen nauwer met Rusland samenwerken, onder andere op het gebied van veiligheid, economie en cultuur. De kans dat de voorbereidende onderhandelingen over de zogeheten vier ruimtes tijdig zullen zijn afgerond is echter erg klein, bleek op de persconferentie.
Moskou wil wegens de problemen op de Kaukasus dolgraag nauwer samenwerken met de lidstaten van de Europese Unie om het terrorisme te bestrijden. Zonder echter een voorbeeld te noemen hekelde Lavrov de vrijheid van de Europese media om interviews met terroristen te publiceren. Met zijn opmerking reageerde hij op een begin deze week verschenen artikel van zijn Nederlandse collega Bot in verscheidene Europese kranten en de Russische krant Izvestija. Bot waarschuwde in het artikel onder meer voor het Russische gevoelen dat te veel democratie schadelijk zou kunnen zijn.
Los daarvan ziet Lavrov goede mogelijkheden om samen met de EU de financiering van terroristische organisaties aan te pakken. De Europese coördinator voor het antiterrorismebeleid, de Nederlander Gijs de Vries, zal voor dat doel op korte termijn Moskou bezoeken.
Lavrov liet verder doorschemeren dat de Europese benadering van goed nabuurschap nog even wennen is voor Moskou. Bot maakte duidelijk dat landen zoals Moldavië en Georgië net zo goed buren zijn van Rusland als van de Europese Unie.