Hoge kosten drukken herstel bouwsector
De vraag naar woningen, utiliteitsbouw en nieuwe infrastructuur blijft hoog. Een op zich gunstig tij voor de bouwsector. Toch verwacht de Rabobank dat de productiegroei in 2018 en 2019 zal teruglopen. Want stijgende bouwkosten en tekorten aan personeel en bouwlocaties drukken het economische herstel.
De historisch hoge werkvoorraad van woningbouwers betekent niet automatisch dat het goed gaat met de markt, liet de Rabobank maandag weten in zijn periodieke rapportage over de bouwsector.
Weliswaar vertoont het aantal opgeleverde woningen een stijgende lijn, de productiecapaciteit hapert en de afgifte van vergunningen daalt. Dit leidde soms tot uitstel van de start van bouwprojecten. Zo kwamen in het tweede kwartaal van 2018 verschillende bouwbedrijven met tijdelijke overcapaciteit te zitten.
In de eerste vijf maanden van dit jaar zag de Rabobank de verkoop van nieuwbouw stagneren door het gebrek aan voldoende aanbod van woningen op de markt. Projectontwikkelaars gebruiken vaker een biedingsproces bij nieuwbouwwoningen. Sandra Koenraadt, vastgoedmarktanalist bij Rabobank: „Het bieden boven de vraagprijs zien we nu ook volop bij nieuwbouwwoningen, terwijl particulieren voorheen konden inschrijven voor een vaste prijs en door loting al of niet het huis kregen.” Dat verslechtert volgens Koenraadt de betaalbaarheid van nieuwbouwwoningen.
Zorgwekkend
De stagnatie van het aantal afgegeven vergunningen is volgens de Rabobank zorgwekkend. Om het woningtekort terug te dringen, is in de nationale woonagenda afgesproken om jaarlijks 75.000 woningen te bouwen. De Rabobank verwacht echter dat de bouwproductie dit jaar blijft steken op 67.000 woningen en in 2019 op maximaal 73.000 woningen zal uitkomen. De werkvoorraad is zo hoog dat de productiecapaciteit alleen omhoog kan door meer personeel aan te nemen of de arbeidsproductiviteit te verhogen, zo meldt de Rabobank. Het tekort aan vakmensen laat de noodzaak zien om nieuwe oplossingen te bedenken om toch sneller te kunnen bouwen.
Toverwoord
Als voorbeeld van zo’n aanpak noemt Koenraadt bouwbedrijf Dijkstra Draisma uit Dokkum. De Friese bouwgroep groeide door robots in te zetten voor metselwerk om het bouwproces te versnellen. Koenraadt: „Industrialisatie is het toverwoord.”
De grote vraag naar personeel en materiaal vraagt een goede logistieke planning van bouwondernemers, zegt de Rabobank. Doorlooptijden en prijzen kunnen anders snel oplopen. Ook de krappe beschikbaarheid van onderaannemers vraagt een strakke planning. Bedrijven die onvoldoende letten op de kosten en het op tijd krijgen van opbrengsten lopen grotere kans om failliet te gaan.
De stijging van de bouwkosten zet aanbestedingen onder druk. Opdrachtgevers uit de publieke sector zien vaker aanbestedingen mislukken. De animo onder de bouwers om zich in te schrijven voor de projecten is verminderd. De budgetten zijn soms te laag om de sterk stijgende bouwkosten te dekken. Doen bouwbedrijven wel mee, dan geven ze een hogere prijs op, waardoor de aanbesteding ook niet slaagt en de bouw van een school, theater, of gemeentehuis wordt uitgesteld.
De gunstige economische ontwikkelingen bevorderen de utiliteitsbouw. Er worden met name meer kassen, hallen en bedrijfsruimtes gebouwd. Het aantal orders ligt op een ongekend hoog niveau.
Vanaf dit jaar komt er meer geld voor de infrastructuur. De centrale overheid zal dit geld besteden aan de aanpak van knelpunten bij (snel)wegen, aldus de Rabobank. Gemeenten, provincies en energiebedrijven gaan meer uitgeven aan wegen, riolering, onderhoud van kabel- en leidingnetwerken en waterafvoer.