Volgens het rapport van de Katholieke Episcopale Conferentie werden in 2007 ruim 325.000 kinderen gedoopt. Tot 2010 nam dat aantal toe tot 350.000. Een jaar later daalde het aantal dopelingen fors, met bijna 60.000. De dalende trend zette door, zij het minder snel: in 2016 werden 226.000 dopelingen ingeschreven. De afname van het aantal dopelingen (30 procent) is groter dan de afname van het aantal geboorten (17 procent). Werden in 2007 nog 66 van de 100 geboren kinderen in de Rooms-Katholieke Kerk gedoopt, in 2016 was dat nog bij 55 van de 100 kinderen het geval.

Het aantal kerkelijk bevestigde huwelijken nam met meer dan de helft af, van 113.000 in 2007 tot bijna 51.000 in 2016. Die daling is groter dan de afname van het aantal gesloten burgerlijke huwelijken, die 15 procent bedroeg. De afname van het aantal kerkdiensten bedroeg 5 procent. Met datzelfde percentage nam het aantal priesters binnen de Spaanse Rooms-Katholieke Kerk af. Daar staat tegenover dat het aantal parochies in Spanje met bijna anderhalf procent is toegenomen.

De afname van het aantal kerkdiensten rondom doop en huwelijk had geen zichtbare negatieve financiële gevolgen voor de Rooms-Katholieke Kerk van Spanje. Dat heeft te maken met de inkomsten uit een speciale kerkelijke belasting. Het totale bedrag aan inkomsten nam zelfs toe van 242 miljoen naar ruim 256,5 miljoen euro, ondanks bezuinigingsmaatregelen van de regering. Het aantal mensen dat extra belastinggeld afdraagt aan de kerk nam toe van 6,9 naar 7,1 miljoen.