Politiek

Geloof niet relevant voor de politiek? Natuurlijk wel...

Geloof moet je scheiden van de politiek, menen tal van politici. Maar dat is kletskoek. Je kúnt ze niet eens losknippen. Wel kun je –en helaas doen veel Kamerleden dat– je persoonlijk geloof verstoppen.

5 May 2018 16:34Gewijzigd op 17 November 2020 03:54
Thieme. beeld ANP, Martijn Beekman
Thieme. beeld ANP, Martijn Beekman

Wat doe je als politicus met je geloof? „Ik heb geen geloof”, antwoorden veel Kamerleden en ministers. Onzin natuurlijk. Iedereen heeft een levensbeschouwing en gelooft derhalve iets.

Daarnaast is er een categorie politici die schoorvoetend toegeeft wel te geloven –zelfs in de God van de Bijbel– maar die betoogt dat dit geloof geheel los staat van zijn politieke werk. En die er liever niet over praat.

Twee opmerkelijke voorbeelden. De vroegere GL-leider Rosenmöller liet op zeker moment zijn twee kinderen dopen en voedde hen op met de kinderbijbel en met danken na het eten. Dat geloof hield hij privé. Zijn uitstraling naar de kiezers was en bleef die van een door en door seculiere politicus.

Een actueel voorbeeld is dat van PvdD-leider Thieme. Zij liet zich in 2006 dopen en is aangesloten bij de zevendedagsadventisten. Zaterdags is zij in principe onbereikbaar voor partijwerk. Tegenover het blad EO Visie antwoordde zij ooit op de vraag: Gelooft u dat Jezus voor onze verlossing aan het kruis is gestorven en weer is opgestaan? „Ja, dat geloof ik.”

Maar nu het wonderlijke. Destijds gevraagd naar de consequenties voor haar politiek bezig zijn, klapte zij de luiken dicht. „We zijn een seculiere partij, toevallig met een christelijke leider. Maar mijn opvatting zegt niets over de PvdD, want er had net zo goed een agnost of boeddhist op mijn plek kunnen zitten.”

Raar toch? Hoe kan iemand die God erkent als de Schepper en Onderhouder van al wat leeft en de Bijbel als Zijn openbaring, dat geloof als niet relevant bestempelen voor zijn of haar politieke keuzes? En –andere vraag– hoe kan zo iemand zich aansluiten bij een partij die zich niet druk maakt over, althans geen verzet aantekent tegen de ruim 30.000 abortussen die er elk jaar in Nederland plaatsvinden?

Maar het kan, in een bepaald opzicht, nog wonderlijker. Toen een jaar geleden VVD-politicus Van Aartsen door het Reformatorisch Dagblad werd geïnterviewd, gaf ook de protestants opgevoede oud-minister aan dat geloof „geen rol” speelde in zijn politieke keuzes. Op de vraag óf hij geloofde, te weten in een persoonlijk God, wilde hij –zijn innerlijk maximaal afschermend– in het geheel geen antwoord geven. „Dat vind ik niet interessant voor de lezers.”

Let wel, elke politicus is er volkomen vrij in om al dan niet iets te onthullen over zijn geloof en diepste motieven. Maar de stelling dat geloof en politiek bij voorbaat niets met elkaar van doen hebben, is uitermate aanvechtbaar. Net zoals de stelling dat kiezers totaal niets te maken hebben met het geloof van een politicus, voor veel kritiek vatbaar is.

Gelukkig zijn er ook andere politici, zoals de gisteren in het RD geïnterviewde CDA-parlementariër Van Helvert, die juist nadrukkelijk voor zijn geloof uitkomt. Zijn opstelling heeft twee voordelen. Ten eerste geeft hij de kiezer maximale duidelijkheid over zijn drijfveren in de politiek. Ten tweede draagt hij bij aan een maatschappelijk klimaat waarin religie niet gezien wordt als een vreemde hobby voor gekkies, maar als een normaal en wezenlijk element in veel mensenlevens. En dat is in onze samenleving mooi meegenomen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer