Opinie

Commentaar: Lakse houding rond duurzaamheid is zonde

Er hoeft geen twijfel te bestaan over de vraag hoe de schepping er aan het eind van de eerste week uit zag. God heeft over die zesde dag Zelf aan Mozes laten weten: „Het was zeer goed.”

Hoofdredactie
17 March 2018 10:25Gewijzigd op 17 November 2020 03:33
beeld iStock
beeld iStock

Maar je hoeft de kranten van deze zaterdag maar open te slaan om vast te stellen dat het niet zo gebleven is. Zelfmoordpoeder in omloop. Beslag op een fietsenwinkel die de deur op zondag dicht houdt. Poetin zou zelf opdracht gegeven hebben voor een gifmoord. Een Amsterdamse lijsttrekker staat naakt op een verkiezingsposter. Genderwaanzin. Na zeven jaar oorlog 400.000 doden in Syrië.

Christenen weten meteen te vertellen hoe dat komt. De zonde heeft deze wereld aangetast. Al te vaak blijft die constatering beperkt tot het bederf bij de boze buitenwereld. Maar het kwaad dringt als een kanker door tot in de diepste haarvaten van de samenleving. Christenen vormen daarop geen uitzondering, al zouden zij beter moeten weten.

De zesde scheppingsdag is daarbij voor de mens bijzonder confronterend. Een predikant vertelde eens hoe hij zich schuldig voelde omdat de vogeltjes wegstoven toen hij de deur opendeed om ze wat broodkorsten toe te gooien. Hij besefte dat hij, als een zondig Adamskind, onschuldige dieren schrik aanjoeg. Het voorbeeld illustreert hoe het kwaad niet alleen zit in moord en doodslag maar ook in het verstoren van de harmonie tussen mens en dier, zoals die op de zesde dag aanwezig was.

Desondanks blijft het de vraag of hier de fronten liggen voor christenen anno 2018. Moeten zij zich werkelijk zo druk maken om voedselverspilling, vliegvakanties en veevoer uit Zuid-Amerika? Of valt er wel groter onrecht te bestrijden in deze wereld?

Zeker, maar toch is het zonde, in de diepe betekenis van het woord, dat de zorg voor milieubehoud en de aandacht voor verduurzaming bij veel christenen zo’n ondergeschoven kindje is. Het is vooral kwalijk als dat voortkomt vanuit een lakse houding: het zal mijn tijd wel duren. Dat staat haaks op de plicht om rentmeester te zijn: beheerder in plaats van bezitter, pachter in plaats van eigenaar.

Paulus roept op om de wereld te gebruiken en niet te misbruiken, goederen te bezitten als niet-bezittend. Die houding is de Joden al meegegeven bij de woestijnreis, toen ze op weg waren naar het beloofde land. Dat zou niet hun bezit worden. „Het land is Mijne”, sprak God toen Hij de sabbatsrust en het jubeljaar instelde.

Dat besef past ook christenen, want hun rentmeesterschap is eveneens maar tijdelijk. In de zondagse prediking in veel reformatorische kerken ligt de nadruk vaak op het persoonlijk heil. Terecht; dat is wat de mens eerst behoort te zoeken. Wie door genade deelheeft aan die nieuwe schepping zal ook de gebrokenheid van die eerste schepping ervaren en daar zo min mogelijk schade aan willen toevoegen.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer