”Bid en werk” als opdracht in Servië en in Nederland
Iedere christen wordt geroepen niet alleen te bidden, maar ook daadwerkelijk bij te dragen tot de opbouw het verwoeste huis van God, aldus de Servische voorganger Stefan Ralevic.
Zowel in Nederland als in Servië weten steeds meer mensen niet meer wie God is. „Bent u daarover bezorgd? Kent u dezelfde zorg als Nehemia over het verval van de stad Gods. Bidt u net als Nehemia voor de nood van anderen alsof het uw eigen nood betreft?, zo vroeg Ralevic zaterdag aan de bezoekers van de jaarlijkse zendingsdag van de stichting Balkanzending in Kampen.
De Balkanzending werd in 1985 opgericht ter ondersteuning van ds. Simo Ralevic uit Joegoslavië. Zaterdag was zijn kleinzoon Stefan aanwezig. Deze heeft zijn studie afgerond aan het Balkan Theological Seminary en preekt in zijn woonplaats Arandjelovac. Hij hoopt op termijn een gemeente te stichten in Mladenovac.
In zijn toespraak over Nehemia 1, die vertaald werd door ds. C. L. Onderdelinden, vergeleek Ralevic de tijd en omstandigheden van Nehemia met de situatie in Servië en in Nederland. Uit Nehemia 1 valt volgens de Serviër te leren dat het gebed het belangrijkste blijft in de dienst van God. Hij stelde dat Nehemia inzicht had in de eigenschappen van God. Behalve van erkenning van de zonden, blijkt Nehemia ook weet te hebben van Gods trouw aan Zijn beloften. Ralevic wees erop dat Nehemia niet alleen bad, maar ook bereid was zijn goede positie aan het Perzische hof op te geven voor een hard bestaan op de puinhopen van Jeruzalem.
Ds. H. J. van Marle, predikant van de hersteld hervormde gemeente in Staphorst, zei in zijn meditatie over Johannes 4:34 dat het doen van de wil van God de Vader voor de gevallen mens geen eten en drinken is. „Christus kwam om de macht van de duisternis te verbreken. Door Zijn volbrachte werk kan er in Zijn volk een vernieuwde wil en begeerte komen om de wil van de Vader te volbrengen”, aldus ds. Van Marle.
Lerend ouderling H. H. Romkes van de oud gereformeerde gemeente in Rouveen overdacht Johannes 10 vers 16. Hij wees op Christus, Wiens prediking niet werd aangenomen. Daarom ging Hij op zoek naar schapen buiten de stal van Israël. „Deze tekst wordt een aanklacht tegen ons als wij niet door het gepredikte Woord worden veranderd. Toch zal de Heere, ondanks tegenstand, doorgaan met het vergaderend werk.”
Emeritus predikant ds. C. Stelwagen uit Nunspeet sprak over Lukas 7:44, de geschiedenis over de zondares die Jezus voeten kuste en vergeving ontving. „Een geschiedenis die van genade druipt omdat Jezus als de Zaligmaker van goddelozen Zich met de diepst gevallenen verbindt.”
Het jeugdverhaal over twee jongens die op de Zuiderzee schipbreuk leden maar wonderlijk werden gered, werd vanwege ziekte van D. J. Koppelman voorgelezen door bestuurslid K. Mulder. De zendingsdag werd besloten met een meditatie over Handelingen 17:11 door ds. D. C. Flapper, predikant van de oud gereformeerde gemeente in Ede.