Rien Bogerd, de langstzittende gemeentesecretaris van Nederland
Hij staat ruim dertig jaar aan het roer en is daarmee de langstzittende gemeentesecretaris in één gemeente. Verreweg het grootste deel van zijn loopbaan verbleef Rien Bogerd (64) in Urk. Hij voelde zich nooit een vreemde, is trots op het voormalige eiland en zijn bewoners. „Urk is een beeldmerk. Er is zelfs een mijnenjager naar vernoemd.”
Zijn voornemen om oorlogscorrespondent in Vietnam te worden, bracht hem ongevraagd in het gemeentehuis. „Journalistiek was echt mijn jongensdroom, na de middelbare school. Toen mijn vader dat doorhad, kwam hij in actie. Op enig moment stond de gemeentesecretaris van Leerdam onder aan de trap. Hij deelde me mee dat ik me op maandagmorgen op de secretarie moest melden. Ik werd schrijver, de laagste rang die je toen bedenken kon.”
Oorlogscorrespondent is hij nooit geworden, correspondent was hij al wel. „Ik hield van schrijven. Ik deed het voor de schoolkrant, tijdens mijn diensttijd voor het blad van de Koninklijke Marechaussee en voor het Reformatorisch Dagblad vanaf het begin in 1971.” Bogerd groeide op in een Leerdams middenstandsgezin; hij had twee zussen en een broer. De Bogerds waren aangesloten bij de Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Bij zijn huwelijk werd de gemeentesecretaris lid van de Gereformeerde Gemeenten. „Het was de tijd van geweld door Zuid-Molukkers. In Leerdam woonde een grote groep van deze mensen. Ik veroordeelde de acties, maar vond dat deze mensen groot onrecht was aangedaan. Op 17-jarige leeftijd verdedigde ik hen al vurig op de SGP-studievereniging.”
Zijn politieke interesse sloeg over op zijn gezin. „Toen de kinderen nog thuis waren, voerden we vaak hele discussies aan de keukentafel. Dat ging echt vanzelf.” Met zijn vrouw Trudy van Haaften kreeg Bogerd zes kinderen, vier zoons en twee dochters. „Een zoon is Statenlid in Flevoland, de ander was dat bijna in Overijssel, een derde is actief in de plaatselijke politiek. De familie Bush, zeggen ze hier weleens.”
Hoe bent u opgeklommen op de gemeentelijke ladder?
„Acht jaar lang heb ik in de avonduren hbo-rechten gedaan. Voor m’n hobby deed ik er ook communicatie bij. Ik werkte op de afdeling financiën en later bij juridische zaken. Het was in die tijd erg onrustig in de Molukse wijk. Ik werd de ondersteuner van de burgemeester. Samen trokken we de wijk in, iets wat agenten slechts in groepjes aandurfden.”
Na Leerdam volgde de Alblasserwaard. Hoe kwam dat zo?
„In 1977 kwam er een functie vrij in Nieuwpoort, Langerak en Groot-Ammers. Drie gemeenten met één secretarie. Een vestingstadje, een agrarisch dorp en een industriële plaats. Mijn vrouw, toen mijn vriendin, kwam uit Gouda. Het was een mooie plek ertussenin. Ik mocht de subsidieregelingen op een rij zetten, bundelen en gebruiken voor de vesting Nieuwpoort. Ik kan nu nog genieten als ik daar rondloop.”
Toch was het maar van korte duur. Waarom?
„In 1978 was er een bestuurscrisis in Benthuizen, waarbij zelfs wethouders en ambtenaren werden gearresteerd. Verschillende functies kwamen vrij en er was sprake van een bestuurlijke én ambtelijke chaos. Toenmalig SGP-wethouder Hans Leune zocht me op en drong er bij mij op aan om naar het Groene Hart te komen en daar als secretaris in het gemeentehuis, samen met anderen, puin te ruimen. Ik had vrijwel alle gemeentelijke afdelingen gezien en stond bekend als iemand die graag opbouwt en mensen bij elkaar brengt. Zo kwam ik in Benthuizen. Ik heb me niet in het verleden verdiept, maar altijd vooruitgekeken. In 1986 verscheen er een advertentie voor de gemeente Urk. Die sprak me aan. Net als Urkers houd ik er niet van om formeel te zijn of te hechten aan status.”
De benoeming verliep rommelig. Wat was er aan de hand?
Bogerd lacht en gaat ervoor zitten. Hij heeft tal van details uit het verleden goed in zijn hoofd en etaleert die graag, op zijn eigen, wat breedsprakige wijze. „Ik kreeg gesprekken met verschillende commissies. Het had iets weg van een benoeming op een hoge regeringspost. Daarna volgde een assessment in Zwolle. Toen hoorde ik een halfjaar niets. Veel later vernam ik dat er een soort paleisrevolutie was uitgebroken. Ineens werd ik opgeroepen voor een medische keuring in Emmeloord. Na afloop deelde de arts me mee dat hij mij mocht feliciteren. Ik zou nog dezelfde avond worden benoemd. Achteraf begreep ik dat hij zijn mond had voorbijgepraat.
Ik ben vanuit Emmeloord naar Urk gereden, waar onverwacht een raadsvergadering was belegd met als enige agendapunt de benoeming van de gemeentesecretaris. Ik werd met negen tegen zes stemmen benoemd. Onder meer het CDA koos voor een andere kandidaat. De burgemeester feliciteerde me in het voorbijgaan, verder heb ik alleen de bode nog even gesproken. Hij gaf me een worst mee voor onderweg. Tijdens de rit naar huis heb ik toch Gods leiding hierin mogen zien. Het deed me goed toen het CDA en ook anderen een jaar later in het openbaar hun waardering voor mijn functioneren uitspraken.”
Hoe hebt u Urk leren kennen?
„Een Urker heeft niets met dikke nota’s, bureaucreatie en traagheid. Als gemeentebestuur probeer je begrip te tonen voor de burger, mee te denken en een oplossing te zoeken. In de praktijk is er vaak nog vrijstelling of ontheffing mogelijk. Misschien wordt door het gemeentebestuur weleens de randen van de wet opgezocht, maar een helpende houding staat voorop. Ik gebruik vaak het voorbeeld van de huisarts. Je vertelt hem je klachten, hij denkt na en heeft meestal wel een oplossing. Dat idee, het zogenaamde Urker klantmodel, hebben we gebruikt bij onze organisatie. Eenvoudige vragen worden nog dezelfde dag afgehandeld. Urk werd zelfs als voorbeeld genoemd in de Tweede Kamer.”
Geeft u eens een typering van Urk en zijn inwoners?
„Urk is een beeldmerk. Ik ben daar enorm trots op. Er is zelfs een mijnenjager naar vernoemd, net als een straat in Israël. Urkers bieden overal ter wereld hulp, ongeacht ras of afkomst. We hebben geen werkloosheid, een enorme collecteopbrengst, een eigen volkslied en een vlag. Dat gaat vanzelf. ”
Dat is één kant. Urk komt ook in het nieuws met visfraude en cocaïnehandel.
„Dat klopt. Er zijn zeker zaken die niet deugen. Maar als er in Veghel een hennepschuur wordt ontmanteld, zeggen we niet dat heel Veghel stinkt. Dat gebeurt hier wel. Veel media vergroten zaken steeds weer uit. Dat heeft alles te maken met het bijzondere en het christelijke karakter van het dorp.”
Politiek gezien is het in Urk lang niet altijd koek en ei. Zit dat in de volksaard?
„Urkers zijn gewend om rechttoe rechtaan hun hart te luchten. Zoals de golven metershoog kunnen gaan, gaat het er soms ook in de plaatselijke politiek aan toe. Naar binnen heftig, naar buiten toe een gesloten front. Het aantal politieke partijen heb ik, net als het aantal kerken, zien groeien. Dat heeft inderdaad met de volksaard te maken. Je hebt hier veel kopstukken.”
Straks komt er weer een politieke partij bij. De PVV zal meedoen aan de verkiezingen voor de gemeenteraad. Houdt u uw hart vast?
„Ik geloof niet dat het zover komt. Ik denk niet dat er kandidaten te vinden zijn. De hoge score die de PVV bij de verkiezingen voor het Europees Parlement in 2014 had, had alles te maken met de anti-Europese gevoelens die er toen waren in verband met de druk op de visserij.”
Tot ver in uw tijd in Urk was u correspondent voor het RD. Was dat niet lastig, die dubbele pet?
„Ik ben er altijd open over geweest tijdens gesprekken en heb gevraagd wat de ruimte voor mijn hobby was. In Leerdam leidde het één keer tot een aanvaring met de burgemeester toen ik iets schreef wat hem niet welgevallig was. Later heeft het nooit problemen gegeven. Ik deed slechts verslaggeving.”
Nooit behoefte gehad om iets anders te gaan doen?
„Ik heb één keer gesolliciteerd. Als ziekenhuisdirecteur. Maar toen mijn echtgenote vroeg of ik het niet naar mijn zin had, moest ik bekennen dat ik me prima thuis voelde in Urk. In die tijd raakte de visserijsector als gevolg van Europese regelgeving in de knel. Dat gaf een nieuwe uitdaging. We hebben er als gemeentebestuur alles aan gedaan om de belangen van de sector te behartigen. Terecht vind ik, want ik begrijp dat een visser zijn vangst niet overboord wil zetten. Natuurlijk hebben we onze verantwoordelijkheid voor de visstand, maar in de Bijbel staat ook dat de zee vis zal blijven geven.”
U was ook een tijd lang Statenlid. Nooit ambities gehad om ergens burgemeester te worden?
Glimlachend: „Toen ik jong was wel, maar door steeds weer nieuwe uitdagingen is het op de achtergrond geraakt. De partijleiding tipte me weleens. Eén keer ben ik met mijn vrouw ergens wezen kijken en heb daar wat rondgereden. We zagen ook cafés en andere uitgaansgelegenheden. Als burgemeester zou ik, inclusief de zondagsopenstelling, daarvoor verantwoordelijkheid moeten nemen, terwijl ik als vader niet wil dat mijn kinderen er komen. Toen versmolt mijn ambitie.”
Waarom stopt u?
„Het hoefde nog niet, maar kon wel. Ik heb een halfjaar geleden een hartstilstand gehad. Ik ben actief in verschillende nevenfuncties, zoals het voorzitterschap van de raad van toezicht van de Fruytier scholengemeenschap, voorzitter van stichting Schuilplaats en het secretariaat van de Bond van Mannenverenigingen van de Gereformeerde Gemeenten. Ook ben ik in voorkomende gevallen trouwambtenaar, met enige regelmaat ook buiten Urk. En ik zit voor mijn ontspanning op een koor, Enéas. De dokter adviseerde me dringend met mijn nevenfuncties te stoppen of mijn hoofdfunctie neer te leggen. Ik heb voor het laatste gekozen.”
Maar u blijft Urker met de Urkers?
„Je blijft hier altijd een vreemde. Maar toch hoor ik bij Urk en Urk hoort bij mij. Ik durf de stelling aan dat geen enkele gemeentesecretaris heeft meegemaakt wat ik hier heb beleefd. Die anekdotes hoop ik te bundelen. Maar eerst ben ik bezig met een boek over alle 168 predikanten die hier de kerkelijke gemeenten hebben gediend vanaf de Reformatie.”
Wat trof u het meest in die drie decennia?
„Meerdere malen heb ik meegemaakt dat er kotters vergingen of dat er ongelukken aan boord plaatsvonden. Dan sprak ik met soms nog erg jonge vrouwen en hun kinderen die hun man en vader waren verloren. Verschrikkelijk. Dat raakte me diep, veel meer dan ik aan de buitenkant liet zien. Dan was het bijzonder dat hun, ook door het gemeentebestuur, troost vanuit het Woord van God kon worden geboden.”
Hebt u zorgen over het christelijk karakter van Urk?
Peinzend: „Het is bijzonder dat het aandeel SGP-stemmers de laatste jaren alleen maar is gestegen. Ik zie ook een ander beeld: dat het aantal trouwe kerkgangers afbrokkelt. Dat doet vrezen voor de toekomst.”
Levensloop Rien Bogerd
Rien Bogerd (1953) groeide op in een middenstandsgezin in Leerdam. Na de mulo werd hij schrijver op het gemeentehuis in zijn woonplaats. In die jaren en ook tijdens zijn diensttijd studeerde hij hbo rechten en communicatie. Enkele jaren werkte hij voor de drie gemeenten Nieuwpoort, Groot-Ammers en Langerak. In 1979 werd hij benoemd tot gemeentesecretaris van Benthuizen, waar een bruggenbouwer werd gezocht na een ernstige bestuurscrisis. In 1986 werd hij gemeentesecretaris in Urk. Bogerd is gehuwd, heeft zes kinderen, achttien kleinkinderen en is aangesloten bij de plaatselijke gereformeerde gemeente.