Meditatie: Bekommerd
Psalm 38:19
„Want ik maak U mijn ongerechtigheid bekend, ik ben bekommerd vanwege mijn zonde.”
Het gaat hier om bekommerde zielen, u die reeds enige smartelijke ontdekkingen van uw droevige gebondenheid aan het zondejuk van de satan gekregen hebben. U, die uw genadeloze staat hebt begonnen in te zien en daaronder dagelijks treurende en zuchtende bent en in een voortdurende angst en vrees verkeert en nergens ware rust voor uw ziel kunt vinden. Mocht het toch de Heere behagen om door middel van dit geschrift, dat u hier nog onder ogen hebt, u nader aan uzelf bekend te maken en u uw juk van blindheid, van ongeloof, van zondeschuld, van verdoemeniswaardigheid, van machteloosheid en van uw gehele verloren staat eens zo met kracht van de Geest op uw harten te drukken, dat u de smarten en benauwdheden niet langer zou kunnen dragen, maar eens helemaal aan het eind van alle raad bij uzelf mocht komen en dat u zo nog eens een gepast voorwerp voor de vrije genade van de Heere Jezus zou mogen worden.
Geliefde zielen, dat zult u eens zalig moeten ondervinden, als uw Verlosser uit Sion tot u komt en blinkende aan uw hart verschijnen zal. Maar geloof toch dat u nog zeer ongelukkig en gevaarlijk bent, zolang als u nog niet waarlijk ontbonden bent van het rampzalige juk van de satan. Wij bidden u als gezanten van God, alsof God door ons bad, wij bidden u van Christuswege: laat u met God verzoenen!
Theodorus van der Groe,
predikant te Kralingen
(”Het juk afgenomen”, 2003)