Collaboratie onbespreekbaar in België
België is nog lang niet klaar voor een echt debat over de vooral Vlaamse collaboratie tijdens de Tweede Wereldoorlog.
De Franstalige politici huiveren voor een open gedachtewisseling in Kamer of Senaat, uit vrees voor gevoelige reacties bij de eigen achterban. Een rondetafelconferentie over de strijd tegen extreem rechts lijkt momenteel het enig haalbare.
De collaboratie in België verliep voor een groot deel langs de taalgrens. Veel Vlamingen zagen aanvankelijk de Duitsers eerder als bevrijders van de Franstaligen dan als bezetters. Een groot aantal van deze Vlaamse nationalisten collaboreerde niet echt of kwam snel op zijn sympathieën terug, maar naar verhouding waren in de oorlog veel Vlamingen ’fout’, daarbij soms aangemoedigd door priesters die de Duitsers aanprezen als strijders tegen het goddeloze communisme.
In Franstalig België liepen uiteraard ook collaborateurs rond. De Rex-beweging, onder leiding van de onlangs in Spanje overleden Leon Degrelle, zorgde in Wallonië voor een niet minder ’zwart’ verleden, zij het op een meer beperkte schaal. Daarom bleef vooral Vlaanderen op het gebied van de collaboratie met een behoorlijk stuk onverwerkt verleden zitten.
Daar stond dan ook weer een harde aanpak van vermeende ’zwarten’ uit de oorlog tegenover. Dat gebeurde niet altijd even zachtzinnig. Geruchten over mogelijke collaboratie werden in veel gevallen gebruikt voor persoonlijke afrekeningen.
Het probleem van de collaboratie hangt door de harde taal van na de oorlog nog steeds als een onweerswolk boven Vlaanderen. Dat werd vorig jaar nog eens duidelijk toen regionaal minister Sauwens van de gematigd nationalistische en inmiddels opgeheven partij Volksunie aanwezig was op een bijeenkomst van voormalige oostfrontstrijders. De totaal mislukte poging van Sauwens deze collaborateurs de hand te reiken, leidde uiteindelijk tot zijn ontslag als bewindsman.
Voorzitter De Batselier van het Vlaams regionaal parlement probeerde de vele plooien glad te strijken met een resolutie over de collaboratie. Het parlement nam deze resolutie, waarin de collaboratie wordt betreurd, vorige week aan. Het extreem rechtse Vlaams Blok stemde tegen. Het Vlaams Blok, dat zich traditioneel opstelt als spreekbuis van de oostfrontstrijders, vond de resolutie onvoldoende omdat deze niet pleitte voor algemene amnestie voor collaborateurs. Om dezelfde reden onthield de Nieuw-Vlaamse Alliantie, een van de opvolgers van de Volksunie, zich van stemming. Eén liberaal onthield zich ook om dezelfde reden van stemming, een socialist stemde tegen omdat de tekst de collaboratie juist niet hard genoeg veroordeelde.
De stemming en de gehele resolutie waren niet meer dan puur symbolisch en vooral bedoeld om een breder debat met Franstalig België op gang te brengen over het al dan niet ’foute’ Vlaanderen. Die poging van socialist De Batselier lijkt mislukt. Uit een rondgang van diverse media langs Franstalige politici blijkt dat zij zich uiterst huiverig tonen over een debat over collaboratie.
Het onderwerp ligt nog te gevoelig in België om het tot een echte verzoening te laten komen. Amnestie is mogelijk voor individuele collaborateurs die openlijk hun spijt betuigen. Daar willen de Franstalige partijen het bij laten. Zij vrezen voor oproer onder de oudere leden in hun eigen achterban als ze een breed debat zouden voeren. Dat zou deze leden de indruk kunnen geven dat algehele amnestie mogelijk is.
Franstalige politici van links tot rechts zien meer in een grote conferentie over de strijd tegen extreem rechts. En juist om het extreme Vlaams Blok de wind uit de zeilen te nemen, wilde de socialist De Batselier de collaboratie eens uitgebreid bespreken. België zit nu met een knoop die mogelijk nooit meer is te ontwarren.