Gebed en protesten in eerste 48 uur Trump
De eerste 48 uur van Donald Trump ”in office” waren dagen van „pray and protest”, gebed en demonstraties. Maandag begint het echte werk.
In veel kerken in de Verenigde Staten is zondag gebeden voor de nieuwe president. Zo ook in de First Baptist Church in Gettysburg in de staat Pennsylvania. „Verwarmt U zijn hart”, aldus predikant Carl G. Harris in zijn gebed tijdens de vroege ochtenddienst. „De president ligt onder vuur. Geef dat hij getrouw zijn werk mag doen.” Gemeentelid Ellen van Arsdale vindt dat Trump respect verdient. „Ook van de media. Dat is onze opdracht.” Katharine Clark op haar beurt vindt dat Trump zich meer als president moet gedragen. „Hij zit niet voor zichzelf in het Witte Huis. Hij werkt voor ons, woont in een huis dat van de bevolking is.”
Of Trump zondag naar de kerk ging, maakte het Witte Huis niet bekend. Zaterdagmorgen was hij er wel tijdens de National Prayer Service, een traditie die teruggaat tot de eerste president van de Verenigde Staten, George Washington. Trump is lid van de Presbyterian Church of USA. Met Kerst en soms met Pasen gaat hij naar de kerk, „en verder als ik een speciale gelegenheid zie”, zei hij eens.
Vicepresident Pence voelt zich nadrukkelijk met de evangelicals verbonden. Opgegroeid als rooms-katholiek, maar nu lid van een pinkstergemeente, The Grace Evangelical Church. Hij leest de Bijbel en neemt dagelijks de tijd voor persoonlijk gebed. Hij zegt vaak: „Ik ben christen, conservatief en Republikein. In die volgorde.”
Er werd tijdens de National Prayer Service in Washington gebeden voor de president en de vicepresident, het Congres, de overheid, militairen en veiligheidsdiensten. De gebeden werden uitgesproken door vertegenwoordigers van verschillende geloofsgroepen: baptisten, mormonen, moslims, Grieks-orthodoxen, joden, sikhs, navajo en anderen. Er werden ook Bijbelgedeelten voorgelezen, bijvoorbeeld uit Psalm 23 en Romeinen 5.
Memorial Wall
Na de dienst gingen Trump en Pence langs op het hoofdkwartier van de Amerikaanse veiligheidsdienst CIA in Langley, Virginia. Dat pakte overigens verkeerd uit. Trump hield een praatje voor de zogenaamde Memorial Wall van de CIA, maar besteedde daar nauwelijks aandacht aan. De 117 sterren op de muur staan voor CIA-agenten die tijdens hun werk om het leven kwamen. Helden, in Amerikaanse ogen. Waar de president oog voor moet hebben. Maar Trump had het vooral over zichzelf. Hij vroeg zich hardop af of iedereen in de zaal wel op hem had gestemd.
In een tweet –onder zijn eigen naam en niet als Potus (President Of The United States)– meldde Trump dat hij „groot respect” voor de muur had en staande ovaties kreeg. Om af te sluiten met “WIN!”, alsof de verkiezingscampagne nog aan de gang is. Of hij moet de strijd tegen Islamitische Staat bedoelen.
En dan was er zaterdag nog de Women’s March. Wat begon met een Facebookbericht van een grootmoeder op Hawaï, de dag nadat Hillary Clinton de presidentsverkiezingen verloor, groeide uit tot een wereldwijd protest. In verschillende Amerikaanse steden en wereldwijd waren ruim 2 miljoen mensen op de been. Ze zijn bang dat de regering-Trump rechten voor vrouwen en homoseksuelen onder druk zal zetten. Overigens waren prolifebewegingen niet welkom bij de Women’s March.
Trump lijkt zich weinig aan te trekken van de mores en gebruiken in Washington. Hij gaat zijn eigen gang. „We zijn hier niet om onszelf te helpen, maar om het Amerikaanse volk te dienen”, zei hij zondag.
En maandag dus echt aan het werk. Op de agenda stond het omstreden handelsverdrag Nafta. Trump praat erover met Enrique Pena Nieto, president van Mexico, en de Canadese premier Justin Trudeau. In ieder geval wil Trump banen terughalen die volgens hem door Nafta naar het buitenland verdwenen.
Trump had verder telefonisch contact met Netanyahu. Hij nodigde de Israëlische premier uit om in februari naar het Witte Huis te komen. Over de verhuizing van de Amerikaanse ambassade van Tel Aviv naar Jeruzalem geen woord. De eerste buitenlandse leider die haar opwachting maakt in Washington is de Britse premier Theresa May. Ze gaat vrijdag bij Trump op de thee.
Hoe de nieuwe first family de eerste nachten in het Witte Huis heeft doorgebracht is niet bekendgemaakt. Vast beter dan president John Adams, de eerste bewoner van het Witte Huis. Toen hij er in 1800 zijn intrek nam was de verf nog nat. Adams en zijn familie verdwaalden al op de eerste dag in het nabijgelegen bos. Overigens is de naam Witte Huis pas honderd jaar later aan het pand gegeven, door president Theodore Roosevelt.
Goudkleurige gordijnen
Verslaggevers vielen zaterdag de veranderingen in het Oval Office op. Zo zijn de karmijnrode gordijnen van Obama vervangen door goudkleurige gordijnen. Ook het vloerkleed is vervangen. Onder Obama lag er een kleed met beroemde uitspraken van Amerikaanse presidenten, Trump heeft er een goudkleurig vloerkleed in laten leggen. De inrichting van de werkkamer is aan de nieuwe president. Portretten van voorgangers als Washington, Jefferson en Lincoln doen het natuurlijk altijd goed. En: een buste van de Britse premier Winston Churchill is weer terug.