Broer van keizer nieuwe kroonprins Japan
Japan heeft sinds zondag officieel weer een kroonprins. In een speciale ceremonie werd de jongere broer van keizer Naruhito, Akishino, geïnstalleerd als eerste troonopvolger van de Chrysantentroon.
Eigenlijk stond de plechtigheid in april gepland, maar door de coronacrisis kon die toen niet doorgaan. In feite is de 54-jarige Akishino ook al anderhalf jaar eerste in de lijn van troonsopvolging, toen Naruhito hun vader Akihito opvolgde als keizer. Maar pas zondag maakte hij dat formeel bekend.
Daarna volgde de eerste officiële audiëntie van de kroonprins en zijn echtgenote Kiko bij het keizerlijk paar. Akishino verzekerde zijn broer ervan dat hij zich bewust is van zijn verantwoordelijkheden als kroonprins. Hij beloofde zijn taken uit te voeren.
Vanwege de coronaregels was slechts een beperkt aantal gasten aanwezig en verviel het gebruikelijke banket.
Toekomstbestendig
Of Akishino ooit de keizerlijke troon zal bestijgen, is maar de vraag. Hij scheelt maar vijf jaar met zijn broer Naruhito. Maar diens enige kind, de 18-jarige prinses Aiko, mag hem niet opvolgen omdat de troon in Japan alleen is weggelegd voor mannen. Gelukkig kan Aiko’s vier jaar jongere neefje Hisahito het voortbestaan van het keizerlijk huis nog redden. De zoon van de nieuwe kroonprins is echter de enige troonopvolger van zijn generatie.
Voorzichtig buigt de Japanse regering zich momenteel over een mogelijke aanpassing, om het keizerlijk huis toekomstbestendig te maken. Een wijziging hoeft niet gelijk te betekenen dat straks vrouwen keizerin kunnen worden. Wellicht schrapt Japan eerst de regel dat prinsessen die trouwen automatisch hun lidmaatschap van de keizerlijke familie verliezen. Hun eventuele zonen komen daardoor nu ook niet in aanmerking voor de troon.
Tussenpaus
Misschien treedt Akishino ooit aan als tussenpaus, voordat zijn zoon het stokje overneemt. Al ligt het niet voor de hand dat dit gebeurt omdat zijn broer aftreedt. Traditioneel regeren Japanse keizers tot hun dood.
Keizer Akihito (86), vader van Naruhito en Akishino, brak met die gewoonte door vorig jaar af te treden. Hij vond dat hij lichamelijk niet meer in staat was de taken naar behoren uit te voeren. Dat ging echter niet zomaar. Uiteindelijk gaf de regering eenmalig toestemming.