Nog dit jaar duidelijkheid over hulp aan Hawija
Nog dit jaar moet duidelijk worden op welke wijze het ministerie van Defensie de Iraakse stad Hawija gaat helpen. Dat zei minister Ank Bijleveld donderdag in de Tweede Kamer. Vijf jaar geleden werd een wijk van de stad volledig verwoest door een Nederlandse luchtaanval op een bommenfabriek van terreurgroep IS. Daarbij vielen tientallen doden.
Drie organisaties onderzoeken met welke hulp de gemeenschap het beste is geholpen. Het gaat onder meer over het creëren van werkgelegenheid en woningbouw, zei de minister. Hoeveel geld hiermee gemoeid is nog niet te zeggen. De Kamer had er eerder op aangedrongen de stad te hulp te schieten. Het gaat om een vrijwillige schadevergoeding.
Er komt tot teleurstelling van een deel van de Kamer geen individuele schadevergoeding voor slachtoffers of nabestaanden. De aanval in de nacht van 2 op 3 juni 2015 - die nog onderzocht gaat worden door een onafhankelijke commissie - was volgens Defensie gericht tegen een legitiem doelwit. De omvang van de schade was groter dan verwacht omdat er veel meer explosieven in de bommenfabriek lagen dan vooraf was ingeschat.