Verdachten metselmoorden blijven in cel
De drie verdachten in de zaak van de ingemetselde lijken in de Boerenstraat in Den Haag blijven nog eens dertig dagen in voorarrest. Dat heeft de raadkamer van de rechtbank in Den Haag bepaald. Een woordvoerder van het Openbaar Ministerie wilde donderdag nog niets zeggen over de achtergrond van het gruwelijke misdrijf.
Advocaten van de 35–jarige en van de 48–jarige verdachte lieten weten dat hun cliënten iedere betrokkenheid bij de zaak ontkennen. De advocaat van de derde verdachte, een 58–jarige man, net als de andere verdachten afkomstig uit Den Haag, was donderdag niet bereikbaar voor commentaar. De verdachten zitten in beperkingen, waardoor ze alleen contact mogen hebben met hun advocaten.
Eind september trof de politie tijdens een grootschalig onderzoek de twee in een muur gemetselde stoffelijke overschotten aan in een voormalig winkelpand in de wijk Transvaal. Sectie op de lichamen wees uit dat het ging om twee mannen van 24 en 25 jaar uit respectievelijk Zaandijk en Zaandam, die sinds 12 augustus werden vermist.
Het tweetal was die dag samen naar Den Haag gereden voor een afspraak. Zij zouden een geldkwestie hebben willen regelen. Hun auto werd later teruggevonden in de Vlierboomstraat.
De politie pakte op de dag van de lugubere vondst de 48–jarige verdachte op en een dag later de andere twee verdachten.
Over de achtergronden van de zaak is nog zeer weinig bekend. Het OM hult zich in stilzwijgen en de advocaten mogen in verband met de beperkingen van hun cliënten eveneens weinig zeggen.
De 48–jarige heeft wel laten weten dat hij in april zelf gegijzeld werd door het latere slachtoffer uit Zaandam. Volgens zijn advocaat G. Spong deed de 48–jarige aangifte van deze gijzeling. Spong ontkent dat het 25–jarige slachtoffer nog geld tegoed had van zijn cliënt. „Hij was hem geen rooie cent verschuldigd", aldus Spong onlangs.