APELDOORN - Achttien bedden telt de afdeling chirurgie van het IJsselland Ziekenhuis in Capelle aan den IJssel; zeven ervan houdt premier Balkenende, sinds hij er ruim drie weken terug werd opgenomen, bezet. Hebben ziekenhuizen een protocol voor de opname van bekende Nederlanders, of vergt hun aanwezigheid vooral improvisatiekunst?Woordvoerder Roderick Gielis van het IJsselland Ziekenhuis: „Hier kan ik heel weinig over zeggen. Natuurlijk is er overleg geweest met de politie en de Rijksvoorlichtingsdienst, maar dat lijkt me duidelijk. Een apart protocol voor de opname van bekende Nederlanders? Nee, dat is hier niet.”

Marije Hulsbosch van de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen: „Dat soort dingen kunt u het beste navragen bij Ziekenhuis Hilversum, waar regelmatig tv- en mediasterren worden opgenomen. Of bij het BovenIJ Ziekenhuis in Amsterdam. In het algemeen denk ik dat de meeste ziekenhuizen van geval tot geval zullen bekijken welke maatregelen noodzakelijk zijn. Elk ziekenhuis heeft verplicht een crisiscommunicatieplan, maar daar staat vooral in hoe te handelen wanneer er een legionellabesmetting of iets dergelijks wordt geconstateerd. Een uitzondering is misschien de bevalling van prinses Máxima in Ziekenhuis Bronovo in Den Haag. Verder is het publiek geheim dat het Universitair Medisch Centrum in Utrecht standaard enkele artsen paraat houdt voor het geval prins Bernhard moet worden opgenomen.”

Remco Berendsen van het BovenIJ Ziekenhuis in Amsterdam: „Het ligt een beetje in onze aard alles wat op onze weg komt nuchter en improviserend op te lossen. Het verzorgen van een patiënt is voor ons te allen tijde maatwerk en elke patiënt is ons daarbij even lief. Wel werken we in dit ziekenhuis met zogenaamde opschalingsscenario’s. Die worden van kracht op het moment dat een patiënt moet worden afgeschermd. Dat kan aan de orde zijn bij een bekende Nederlander, maar ook bij patiënten die slachtoffer zijn geworden van huiselijk geweld.”

Annette Aarts van het UMC Utrecht: „Een academisch ziekenhuis als het onze heeft altijd specialisten achter de hand die in actie kunnen komen bij een spoedeisende aandoening, voor wie dan ook. Het lijkt mij voor een ziekenhuis eerlijk gezegd niet erg logisch om er specialisten op na te houden die geen enkele medische handeling te verrichten hebben zolang prins Bernhard niet is opgenomen. Verder overleggen wij bij de opname van bekende Nederlanders met de persoon in kwestie zelf welke maatregelen hij of zij wenselijk acht. Voor de opname van iemand van het Koninklijk Huis hebben we te maken met één simpele richtlijn: alle communicatie verloopt via de Rijksvoorlichtingsdienst.”

Marieke van Gruijthuijsen van Ziekenhuis Bronovo in Den Haag: „Bekende Nederlanders zoals popsterren worden bij ons niet op voorhand anders behandeld. Wel kan, er afhankelijk van hun wensen een bepaald protocol, in werking treden dat voorziet in extra afschermingsmaatregelen of iets van dien aard. Daarnaast kan elke patiënt die in dit ziekenhuis arriveert de service inkopen die hij of zij wenst. Medewerkers van een ambassade die een eenpersoonskamer met internet- en faxverbinding willen, kunnen een driesterrenpakket nemen. Dan krijgen ze extra maaltijdservice en een ochtendkrant toe. Of wij een aparte vleugel hebben voor het Koninklijk Huis? Nee hoor, in principe kun je als patiënt van het Bronovo gewoon belanden op een kamer waar ooit iemand heeft verbleven van het Koninklijk Huis.”

Ben de Graaf van Ziekenhuis Hilversum: „Als ziekenhuis in een omroepstad willen wij er alles aan doen om ervoor te zorgen dat ook de bekende Nederlanders die worden opgenomen zich bij ons op hun gemak voelen. Met verschillende mediasterren zijn er dus afspraken gemaakt, die stuk voor stuk op papier staan. Eigenlijk beschikken wij dus niet over een draaiboek, maar over verschillende draaiboeken. Is er zo’n bekende Nederlander in aantocht, dan is het de taak van de coördinator om een rondje te maken langs receptie, beveiliging en pr om het geheugen weer wat op te frissen. Of we in het verleden wel eens voor verrassingen zijn komen te staan? Nou nee, of het moest zijn toen cabaretier Toon Hermans hier was opgenomen. Iedereen die hem in de gang tegenkwam, trok spontaan een clownsgezicht. Daar keken we wel van op.”