Militairen wierpen vorige maand na aanhoudende protesten de regering omver van president Ibrahim Boubacar Keïta. De 70-jarige N’Daw moet het land nu gaan leiden tot nieuwe verkiezingen gehouden kunnen worden. Dat moet binnen achttien maanden gebeuren.

De interim-president beloofde door te gaan met de „genadeloze strijd” tegen terroristen en criminelen. In zijn uitgestrekte land zijn onder meer gewapende jihadisten actief. Ondanks steun van internationale troepen lukt het de Malinese autoriteiten al jaren niet een einde te maken aan het geweld.

De Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten (ECOWAS), waarin onder meer de buurlanden van Mali zijn verenigd, dringt al geruime tijd aan op verkiezingen en de installatie van een burgerregering. De buurlanden nemen geen genoegen met de aanstelling van een overgangspresident en hebben besloten de sancties tegen Mali te handhaven.

Zij willen dat er zo snel mogelijk een burger als premier wordt aangesteld. De sancties die ECOWAS instelde na de militaire coup van 18 augustus omvatten onder meer een handelsembargo en een financieel embargo op Mali.