Verdachte aangeklaagd voor versturen gifbrief aan Trump
Een Canadese vrouw die door de autoriteiten in de Verenigde Staten in opgepakt voor het versturen van gifbrieven aan president Donald Trump en zes anderen in Texas, is dinsdagmiddag aangeklaagd voor het bedreigen van de president. In de brief die de vrouw aan Trump schreef, driegde ze Trump nogmaals te vergiftigen of dood te schieten in het geval dat hij niet vergiftigd raakte door de inhoud van haar eerste brief.
De verdachte, de 53-jarige Pascale Cecile Veronique Ferrier uit de Canadese provincie Quebec, verwees in haar brief naar de giftige inhoud als een „speciaal cadeau”. „Ik heb een nieuwe naam voor u gevonden”, schreef ze president Trump. „De lelijke tiran-clown. Ik hoop dat die u bevalt. U ruïneert de VS en brengt hen rampspoed.”
De brief aan aan Trump werd vrijdag onderschept in het postsorteercentrum van het Witte Huis, waar medewerkers de brief als verdacht aanmerkten en de federale politiedienst FBI inschakelden. Uit een analyse in een laboratorium bleek dat de envelop de zeer giftige stof ricine bevatte.
In de gerechtelijke stukken staat dat Ferrier ook zes brieven naar Texas heeft verstuurd aan personen die werkzaam zijn in gevangenissen en detentiecentra waar zij in 2019 gevangen had gezeten. Uit de stukken werd niet duidelijk of die gifbrieven waren aangekomen. Tegen Ferrier zijn in verband met die brieven geen aanklachten ingediend.
Ferrier werd zondag gearresteerd bij de Canadees-Amerikaanse grens. Volgens de verklaring van de FBI vertelde ze de douane dat ze door de FBI gezocht werd in verband met de ricinebrieven. Ze had op dat moment zowel een vuurwapen als een mes bij zich. Tot dusver wijst niks erop dat Ferrier banden heeft met een politieke of extremistische groepering.