Oppositie twijfelt aan geloofwaardigheid Grapperhaus
PvdA en SP hebben nog geen oordeel over de positie en geloofwaardigheid van jusititieminister Ferd Grapperhaus. Aan het begin van het coronadebat stelden zij de nadrukkelijke vraag hoe de CDA-minister zijn geloofwaardigheid en gezag wil gaan herstellen.
Aanleiding zijn foto’s die zijn opgedoken van zijn bruiloft vorige maand, waarop te zien is dat de coronaregels worden overtreden. Grapperhaus heeft vorige week daarover zijn spijt betuigd. Maar inmiddels zijn nieuwe beelden verschenen, waarop ook de minister zelf de fout in gaat.
PvdA-leider Lodewijk Asscher wil weten wat de boodschap is van de minister aan handhavers, aan mensen die de coronaboetes betalen en aan alle andere mensen die moeite doen om de coronamaatregelen op te volgen. Zijn collega Lilian Marijnissen (SP) noemt het „heel ernstig” dat de geloofwaardigheid van de minister in het geding is.
Onafhankelijk Kamerlid Femke Merel van Kooten stelt dat Grapperhaus niet meer geloofwaardig is op zijn positie. Ook PVV-leider Geert Wilders hekelt „de hypocrisie” van de minister. Duizenden mensen zijn volgens hem onder het gezag van Grapperhaus beboet. Alle boetes zouden moeten worden kwijtgescholden of ingetrokken, vindt Wilders „Iedereen moet worden gelijkgetrokken aan de minister.” Anders is er volgens hem sprake van klassejustitie.
Het CDA, de partij van de minister, wil eerst uitleg van Grapperhaus. „Hij moet zich verantwoorden aan de Tweede Kamer én aan de mensen in het land”, zei CDA-fractievoorzitter Pieter Heerma. Het leidde tot hoon bij de PVV, SP, Partij voor de Dieren, DENK, 50PLUS en GroenLinks, die hem ervan beschuldigden zich er te makkelijk van af te maken.
Ook coalitiepartijen VVD en D66 vragen zich af hoe Grapperhaus zijn gezag en geloofwaardigheid gaat terugwinnen. De excuses van de bewindsman zijn terecht, „maar het roept ook de vraag op hoe boa’s nu hun werk goed kunnen doen op straat”, zegt D66-fractievoorzitter Rob Jetten. Klaas Dijkhoff (VVD) noemt de situatie „pijnlijk” en „een domper” voor zowel mensen in de zorg als de handhavers.