Ernstige problemen bij IND
De problemen bij de Immigratie– en Naturalisatiedienst (IND) zijn ernstig, maar niet onoplosbaar. Zo luidt de conclusie van onderzoek door Het Expertisecentrum HEC, dat is gedaan in opdracht van het hoofd van de IND. Naar aanleiding van de bevindingen heeft minister Verdonk (Vreemdelingenzaken en Integratie) de Algemene Rekenkamer gevraagd een zogeheten doelmatigheidsonderzoek te doen naar de dienst.
Dat heeft de bewindsvrouw, die verantwoordelijk is voor de IND, maandag aangekondigd. Op korte termijn worden maatregelen getroffen om de ergste nood te lenigen. Het Rekenkameronderzoek moet uiteindelijk leiden tot een betere werkwijze van de IND.
Het rommelt al een tijd rond de IND. De dienst staat steevast hoog op het lijstje van klachten over de overheid dat elk jaar bij de Nationale Ombudsman binnenkomt. De telefonische bereikbaarheid is slecht, de afgifte van verblijfspapieren is traag en de behandeling van aanvragen voor verblijfsvergunningen duurt vaak te lang.
De overgang van taken van de Vreemdelingendienst naar de IND heeft de problemen verergerd. Daarbij is een nieuw computersysteem in gebruik genomen dat nog niet goed werkt. Deze zomer kwamen duizenden mensen in de problemen, omdat hun verblijfspassen niet gedrukt konden worden. Zonder pas konden zij geen woning, werk of uitkering krijgen.
Het was de hoofddirecteur van de IND zelf die in juli van dit jaar om het HEC–onderzoek vroeg. Volgens Verdonk valt hem niets te verwijten. Ze trekt zelf de conclusie dat de overdracht van taken van de Vreemdelingendienst naar de IND „niet helemaal vlekkeloos is verlopen". „De achterstanden zijn nog steeds te groot."
PvdA–Tweede–Kamerlid Dijsselbloem vindt het Rekenkameronderzoek nodig maar niet voldoende. „De problemen hebben ook veel te maken met de politieke beslissingen die de dienst onder grote druk zetten, zoals de overgang van Vreemdelingendienst naar IND en de operatie om 26.000 afgewezen asielzoekers uit te zetten. Dat is een onmogelijke opgave. Zo wordt de IND op onverantwoordelijke wijze in de soep gedraaid."
Hij houdt de optie open om als Tweede Kamer zelf een onderzoek te doen naar de IND, net zoals de commissie–Duijvestein dat onlangs deed naar de politieke besluitvorming rondom de Betuwelijn.