‘Oud-presidenten Mexico moeten getuigen over vermeende omkoping’
De Mexicaanse president Andres Manuel Lopez Obrador wil dat zijn twee voorgangers getuigen over een vermeend omkopingsschandaal rond staatsoliebedrijf Pemex. Daarmee reageerde Lopez Obrador op corruptiebeschuldigingen van voormalig Pemex-topman Emilio Loyoza aan het adres van onder anderen oud-president Enrique Peña Nieto.
Lopez Obradors appel aan oud-presidenten Peña Nieto en Felipe Calderon om met het Openbaar Ministerie te spreken, maken deel uit van diens kruistocht tegen de wijdverbreide corruptie binnen de Mexicaanse overheid. Lopez Obrador wil ook dat de genoemde parlementariërs en senatoren getuigen, zei hij op zijn dagelijkse persconferentie. De president zei er niet bij voorbaat vanuit te gaan dat zij ook daadwerkelijk schuldig zijn.
Oud-Pemex-topman Loyoza zei dinsdag dat Peña Nieto en diens minister van Financiën hem onder meer in 2012 onder druk hadden gezet om steekpenningen te betalen aan Peña Nieto’s campagne. Loyoza wordt zelf ook van corruptie beschuldigd en besloot te getuigen zodat hij de uiteindelijke aanklachten niet in voorarrest hoeft af te wachten.
De oproep aan Lopez Obradors rechtse rivaal Calderon, president van 2006 tot 2012, is opvallend omdat diens naam nog niet was gevallen in de mededelingen over Loyoza’s getuigenissen. Calderon, die volgend jaar in de parlementsverkiezingen hoopt zetels af te snoepen van Lopez Obradors partij, vindt dat eventueel bewijs tegen hem openbaar gemaakt moet worden.
Oud-Pemex-topman Lozoya wordt ervan verdacht omgerekend ruim 10 miljoen dollar aan smeergeld te hebben aangenomen van Odebrecht, een Braziliaans bouwbedrijf dat de spil is in een groot corruptieschandaal in Latijns-Amerika. In ruil daarvoor zou Pemex opdrachten aan Odebrecht hebben gegund.
Een groot deel van de steekpenningen van Odebrecht zou zijn geëindigd in de zakken van campagnemedewerkers van Penã Nieto. Odebrecht heeft in het verleden toegegeven steekpenningen te hebben betaald in Mexico.