De AEX-index op Beursplein 5 noteerde rond het middaguur 0,6 procent lager op 559,45 punten. De MidKap daalde 0,2 procent tot 784,50 punten. Frankfurt daalde 0,1 procent en Parijs verloor 0,7 procent. Londen zakte 1,4 procent na het besluit van de Bank of England om het monetaire beleid ongewijzigd te laten.

ING ging aan kop in de AEX met een plus van 3,8 procent. De bank zette afgelopen kwartaal vanwege de coronacrisis meer dan 1,3 miljard euro opzij voor leningen die mogelijk nooit worden terugbetaald en zag de nettowinst kelderen. Maar er waren ook lichtpuntjes. De onlangs aangetreden topman Steven van Rijswijk benadrukte dat de bank ondanks de omstandigheden de rente-inkomsten maar licht zag terugzakken. Als de macro-economische vooruitzichten niet verder verslechteren, schat hij bovendien in dat er in de tweede helft van het jaar minder geld naar de stroppenpot hoeft te gaan.

NN Group volgde met een koerswinst van 2,5 procent. De verzekeraar voerde de operationele winst in de eerste jaarhelft op dankzij kostenbesparingen. Het bedrijf achter Nationale-Nederlanden gaat ook zijn aandeelhouders weer belonen met een dividend en het inkopen van eigen aandelen.

In de MidKap prijkte apothekersbedrijf Fagron (plus 4,1 procent) bovenaan na een flinke winstgroei in de eerste zes maanden van het jaar. SBM Offshore klom 1,3 procent bij. De maritiem oliedienstverlener verhoogde zijn winstverwachting voor dit jaar en schrapt 600 banen.

Siemens steeg 2,7 procent in Frankfurt. Het technologieconcern wist tijdens de virusuitbraak zijn fabrieken vrijwel onafgebroken door te laten draaien en boekte meer winst dan verwacht. Lufthansa daalde 0,2 procent. De Duitse luchtvaartmaatschappij leed afgelopen kwartaal opnieuw een miljardenverlies. Sportkledingconcern Adidas, die ook met cijfers kwam, klom 4 procent.

Verzekeraar AXA daalde bijna 4 procent in Parijs na een winstval in de eerste jaarhelft. Crédit Agricole verloor 0,5 procent na resultaten van de Franse bank. In Zürich won Adecco ruim 1 procent. De Zwitserse uitzendreus werd hard geraakt door de coronacrisis, maar zag in juni en juli een „geleidelijke verbetering” op zijn markten.

De euro was 1,1852 dollar waard tegen 1,1895 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie kostte 0,8 procent minder op 41,87 dollar. Brentolie werd 0,2 procent goedkoper op 45,09 dollar per vat.