Dat blijkt uit onderzoek dat de Rekenkamer vanmiddag presenteerde naar socialezekerheids- en fiscale fraude. Tot op heden waren de zogeheten pakkans en strafkans voor dergelijke delicten onbekend, ook bij de ministers van Justitie, Financiën en Sociale Zekerheid. Het kabinet wil in reactie op het Rekenkamer-rapport overgaan tot regelmatige rapportage over deze cijfers.

Volgens de Rekenkamer is de regie en coördinatie van de fraudebestrijding sinds 2000 op alle fronten verbeterd, maar heeft de overheid nog te weinig zicht op concrete resultaten. De Rekenkamer waarschuwt dat daardoor het risico „groot” is dat „fraude ten onrechte niet opgespoord en bestraft wordt.”

Wie zwart werkt kan nog altijd heel gemakkelijk frauderen met werknemersverzekeringen als WW en WAO; in slechts 1 procent van de gevallen wordt hij gepakt. Voor wie wit werkt is de kans veel groter: 95 procent. Van degenen die uitkeringsfraude plegen met volksverzekeringen als de AOW en de kinderbijslag, wordt slechts 15 procent betrapt. Van deze betrapten wordt 68 tot 75 procent veroordeeld.

In totaal varieert de strafkans voor verdachten van zware fraude van 65 tot 70 procent voor premiefraude tot 85 procent voor fraude met illegale tewerkstelling.