Herder: Schaap is op zijn manier slim
Het samenspel tussen herder, honden en schapen. Dat fascineert Marion Derks in het weiden van een kudde. Samen met collega’s bezocht ze woensdag in Ede de jaarlijkse bijeenkomst van herders. „Een schaap is op zijn manier slim.”
Geboeid volgt een tiental toeschouwers hoe herder Marion Derks haar kudde de schaapskooi op de hei tussen Ermelo en Speuld binnenleidt. Geroutineerd geeft ze haar bordercollies, Chap en Mel, aanwijzingen om de tientallen schapen in het gareel te houden. Waakzaam draven de ranke honden over de hei. „Heel boeiend”, zegt een vrouw.
Van jongs af is Derks vertrouwd met schapen. Op een boerderij in het Limburgse Roggel groeide ze op tussen de wollige beesten. Na een herdersloopbaan in onder meer Limburg en Zeeland, belandde de herderin eind 2002 op de Veluwse hei. Daar heeft ze doordeweeks de hoede over 164 Veluwse heideschapen. Die zorgen voor begrazing.
Op de hei is Derks in haar element. Een functie als schadebehandelaar in de landbouw kon haar niet bekoren. Ze moest te veel binnen zitten. „Op de hei zit je midden in de natuur. Er vliegt bijvoorbeeld een torenvalkje een tijdje met me mee, of ik kom ik reeën tegen.” Er is tijd genoeg om zaken rustig te overdenken. „De ene keer is dat piekeren, de andere keer gaat het meer om een bezinning op het leven”, vertelt ze aan een tafeltje in het bezoekerscentrum naast de schaapskooi.
Als de „regen met bakken uit de hemel komt”, twijfelt Derks lichtelijk aan de zin van het herdersbestaan. „Als de schapen dan met z’n allen onder een boom gaan staan en niet grazen, denk ik: Wat sta ik hier nou te doen?”
Het weiden van schapen zal haar niet gauw vervelen. „Met schapen die ik als lammeren heb zien opgroeien, heb ik een extra band. Ze komen naar me toe voor een knuffel. Onder schapen bestaat een rangorde. Het zijn telkens dezelfde dieren die vooroplopen. Eén bepaald schaap gaat rustig in zijn eentje bij een boompje blaadjes plukken. De ene dag zijn de schapen erg loperig en heb je het vreselijk druk. De andere dag blijven de dieren netjes op één plaats. Ik hou van de interactie tussen herder, hond en schapen. Je hebt met levend spul te maken. Een schaap staat bekend als een dom beest, maar is op zijn manier slim. In wezen is het dier altijd op zoek naar het lekkerste polletje.”
In Ede spraken de herders woensdag onder meer over ziektes onder schapen. „Dan gaat het met name over scrapie, zeg maar de gekkekoeienziekte onder schapen. Alle schapen worden onderzocht op twee bepaalde genen die gevoelig zijn voor scrapie. Door een fokprogramma proberen we de ziekte weg te krijgen. Waarbij je inteelt moet zien te voorkomen.”
Derks weidde ook schapen in Limburg en Zeeland. Wat is het verschil met de Veluwe? „In Zeeland werkte ik op de binnendijken. Ik moest de schapen uit de bietenvelden zien te houden. In Limburg liep ik ook op dijken, langs de Maas. Daar werkte ik veel met verplaatsbare afrasteringen. Hier op de Veluwe loop ik met mijn kudde in een uitgestrekt gebied, tot 5 kilometer van de schaapskooi.”
Tot dusver bleven grote calamiteiten in de kudde haar bespaard. Af en toe is er wat ongemak. „Meestal lopen schapen wel mee, al moet het bij wijze van spreken op drie poten. Ooit kon een oud schaap echt niet meer meekomen. Toen heb ik om een auto gebeld. Aan het begin had ik hier wat last van loslopende honden. Soms kon zo’n hond paniek zaaien in de kudde. Op het moment dat ik een brul gaf, ging zo’n dier ervandoor.”
Verweerde kop, woeste baard. Dat beeld doemt algauw op bij het woord schaapherder. Marion Derks lacht. „Mensen denken bij een herder meestal aan een man. Ik zeg wel eens voor de grap: Ik laat mijn baard al jaren staan, maar het wil niet lukken.”
Is ze op stille dagen wel eens bang op de uitgestrekte hei? „Die vraag krijg ik wel vaker. Nee, ik zit er echt niet over in. Dan zou ik dit werk niet moeten doen.” Een collega-herder uit Zuid-Limburg trof ooit een dode aan, hangend in een boom. Zulke bizarre vondsten gingen haar tot nog toe voorbij.
’s Zomers spreekt Derks dagelijks toeristen, ’s winters is het op de Ermelosche Heide aanmerkelijk stiller. Zo nu en dan komt ze militairen tegen. „Ooit kwam ik bij een oefening tussen de linies terecht. Soldaten verstopten zich voor elkaar. Toen heb ik maar geroepen: Het is het minst gevaarlijk als je blijft liggen!”