Dat maakten het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en de RIVM maandag bekend.

Er blijkt een opvallend patroon in de ontwikkeling van de regionale spreiding van overgewicht te bestaan. Begin jaren tachtig kampte in Groningen, Friesland, Drenthe en Overijssel al meer dan 35 procent van de volwassenen met overgewicht. De zuidelijke provincies Limburg, Noord-Brabant en Zeeland overschreden de 35-procentsgrens later in de jaren tachtig. Pas in de eerste helft van de jaren negentig volgden de overige provincies.

Utrecht had in 1981-1983 nog de minste mensen met overgewicht. Deze gunstige positie bleef de hele periode gehandhaafd. Vanaf 2002 is in bijna alle provincies al meer dan 45 procent van de volwassenen te dik. Utrecht en Noord-Holland zijn de enige uitzonderingen. Overgewicht hangt samen met de leeftijd.