Arts en ziekenhuis niet aansprakelijk voor schade PIP-implantaat
Vrouwen die schade hebben geleden door PIP-borstimplantaten, kunnen artsen en ziekenhuizen daarvoor niet aansprakelijk stellen. De Franse fabrikant, die inmiddels failliet is, heeft jarenlang gesjoemeld met de siliconen. Dat valt de ziekenhuizen en de artsen niet te verwijten, zegt de Hoge Raad.
Een van de slachtoffers was naar de rechter gestapt. Zij had in 2000 PIP-implantaten gekregen. In 2012 bleek het implantaat in haar linkerborst te zijn gescheurd. Ze wil het Jeroen Bosch Ziekenhuis daarvoor aansprakelijk stellen. De rechtbank wees haar claim af, waarna de vrouw in beroep ging bij het gerechtshof in Den Bosch. Dat hof had de Hoge Raad om duidelijkheid gevraagd.
De fabrikant van PIP is failliet en kan dus zelf niet aansprakelijk worden gesteld. Als een ziekenhuis voor de kosten moet opdraaien, zullen volgens de Hoge Raad „veel, vaak grote schadeclaims” komen waartegen ziekenhuizen zich nauwelijks kunnen verzekeren. Bovendien kunnen ziekenhuizen de kosten ook niet verhalen op de failliete producent.
Het gerechtshof gaat nu verder met de schadeclaim van de gedupeerde vrouw. Daarin wordt de uitspraak van de Hoge Raad van vrijdag meegenomen.
De borstprotheses van PIP werden tussen 2000 en 2010 gebruikt. Eind 2011 ontstond onrust toen de implantaten bleken te lekken. Vrouwen die de protheses hebben gekregen, zijn bang dat ze door de lekken auto-immuunziekten of bindweefselziekten hebben gekregen.