De Tweede Kamer is bezorgd over een hoge stijging van de zorgpremie, ook omdat naar verwachting veel mensen het financieel moeilijker krijgen door de coronacrisis. Van Rijn wees erop dat de zorgpremie elk jaar stijgt, onder meer omdat de prijzen en lonen stijgen in de zorgsector. De afgelopen vier jaar ging het steeds om 50 tot 60 euro per jaar.

Van Rijn zei dat er inmiddels 1,2 miljard euro is uitgegeven aan allerlei zaken die met corona te maken hebben, zoals beademingsapparatuur, coronatesten en beschermingsmiddelen voor de zorgsector. Een deel van deze kosten wordt betaald uit de staatskas. Dat heeft heeft het kabinet al besloten, aldus de minister. Daarnaast zullen reserves die zorgverzekeraars hebben opgebouwd voor slechte tijden worden aangesproken.

„Er is nog onvoldoende zicht op alle extra kosten. We brengen dat in kaart en daarover zal een discussie volgen.” De buffers van zorgverzekeraars en ook zorgaanbieders spelen een rol hierin. Maar daar moet ook weer niet te lichtvaardig mee worden omgesprongen, stelde de minister, die op persoonlijke titel enkele maanden is ingevallen. Begin juli volgt VVD’er Tamara van Ark hem op.

Het duurt even om de totale kosten goed uit te zoeken, omdat er enkele maanden ook minder reguliere zorg is verleend. Ook hebben veel ziekenhuizen meer uit moeten geven aan de intensive care door de toestroom van coronapatiënten. Tegelijk hebben zorgverzekeraars speciale bijdragen uitgekeerd aan zorgaanbieders om te voorkomen dat ze omvallen. Van Rijn zei dat er in september bij de begroting meer duidelijk wordt over ramingen voor de zorgpremie. Daarbij wordt ook de koopkracht betrokken.