Onderzoek: mengteelt levert boer meer op met minder kunstmest
Boeren die hun oogstopbrengst willen verhogen terwijl ze aanzienlijk minder kunstmest gebruiken, kunnen volgens onderzoek van Wageningen University & Research (WUR) een oude truc toepassen: meerdere gewassen telen op hetzelfde perceel. In een meta-analyse van 226 experimenten rekenen wetenschappers van de WUR af met de gedachte dat zogeheten mengteelt niet geschikt zou zijn voor de intensieve landbouw.
Vaak wordt aangenomen dat het mengen van gewassen op één perceel vooral interessant is voor gebieden waar arbeid goedkoop is en kunstmest niet beschikbaar of te duur. Uit de analyse die de WUR-onderzoekers hebben gemaakt in samenwerking met collega’s van de landbouwuniversiteit van China, blijkt dat mengteelt net zo goed voordelen biedt voor de intensieve landbouw, die kenmerkend is voor Nederland.
Mengteelt levert tot 29 procent meer gewasopbrengst op ten opzichte van monoculturen, waarin slechts één soort op het land groeit. Het kunstmestgebruik kan 19 tot 36 procent worden verminderd.
In China is het gangbaar om gewassen te combineren die in een ander seizoen groeien. Zo groeien tarwe, gerst en tuinbonen snel in het voorjaar. Mais wordt later gezaaid en groeit hard in de zomer. „Door deze verschillende groeiperiodes van gewassen worden de beschikbare hoeveelheden zonlicht, water en voedingsstoffen op een landbouwperceel door het jaar heen veel beter benut dan in monoculturen”, aldus de WUR. Bij deze methode zijn ook nog minder irrigatie en minder bestrijdingsmiddelen nodig.
Voor deze manier van telen zijn wel flinke veranderingen nodig op boerenbedrijven, zeggen de onderzoekers. Zo zijn lichtere landbouwmachines nodig dan voor monoculturen.
Nature Plants heeft de resultaten onlangs gepubliceerd. Promovenda Chunjie Li verdedigt haar proefschrift in september.