Inburgering Syrische statushouders verloopt steeds beter
Syrische statushouders sluiten hun inburgeringscursus steeds vaker met succes af. Ook hun beheersing van de Nederlandse taal is de laatste twee jaar flink verbeterd. Had in 2017 zo’n 11 procent van de Syrische statushouders een betaalde baan, vorig jaar was dat 34 procent.
Dat staat in een rapport dat het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) heeft opgesteld, samen met onder meer statistiekbureau CBS en gezondheidsinstituut RIVM. In Syrië woedt al zo’n tien jaar een burgeroorlog.
„Het is voor een groep die nog maar zo kort in Nederland is opvallend dat velen zich al Nederlander voelen. Dat is mede te danken aan de frequente sociale contacten die ze met Nederlanders hebben”, aldus de onderzoekers.
Binnen de groep zijn wel grote verschillen. Zo boeken jongeren en jonge mannen wat betreft taal en deelname op de arbeidsmarkt meer vooruitgang dan vrouwen en Syriërs van 45 jaar en ouder. Op diverse terreinen blijven vooral 45-plussers achter. Hun taalbeheersing is het minst vooruitgegaan, ze slagen het minst vaak voor hun inburgering en vinden minder makkelijk een betaalde baan.
Van de Syriërs die in 2014 naar Nederland kwamen, had vorig jaar ruim twee vijfde betaald werk. Van hun landgenoten die in 2016 aankwamen, had in 2019 maar een vijfde een betaalde baan.
Ook is een relatief grote groep statushouders nog afhankelijk van een bijstandsuitkering. Dat heeft volgens de onderzoekers een ongunstige uitwerking op hun fysieke en psychische gezondheid.