Met de plannen om klanten op het coronavirus te testen, ontketende Corendon een verhitte discussie. Dat gold zowel voor de antistoffentest die het bedrijf aanbood, als voor de zogeheten PCR-test die het later bij vakantiegangers zou willen gebruiken om na te gaan of zij veilig naar een resort kunnen.

Minister Hugo de Jonge (Volksgezondheid) noemde het idee om all-inclusive vakanties aan te bieden met vooraf een sneltest woensdag onverstandig, omdat die tests „schijnveiligheid” bieden. Een antistoftest kijkt alleen terug en is nog niet betrouwbaar genoeg, en een PCR-test herkent het virus in de eerste dagen na de besmetting nog niet.

Corendon-topman Steven van der Heijden noemde die uitspraken „heel vervelend”. Het was volgens hem „overduidelijk dat De Jonge twee dingen door elkaar haalde. We zouden nooit mensen op basis van zo’n sneltest op vakantie laten gaan”, aldus Van der Heijden. Mensen die stellen dat Corendon de antistoffentest zou gebruiken om vast te stellen of klanten al dan niet op vakantie mogen gaan, suggereren volgens hem „dat wij de veiligheid van onze klanten in gevaar zouden brengen”. Dat is „uiterst schadelijk voor de goede reputatie die Corendon als reisorganisatie geniet”, stelt de topman.

Alle klanten die al een test bij Corendon hebben geboekt krijgen het betaalde bedrag terug.