EZA gaat komende zendelingen trainen
De Evangelische Zendings Alliantie (EZA) gaat mensen trainen die op het punt staan naar het zendingsveld te vertrekken. De koepelorganisatie wil hen een basispakket aan bekwaamheden meegeven, zei algemeen secretaris C. van der Wilden dinsdag.
Het gaat daarbij om zaken als interculturele communicatie, het werken in een internationaal team en hygiëne en ziekten op het zendingsveld. Ook krijgen de kandidaat-zendelingen informatie over de omgang met een cultuurschok. De EZA houdt in juni een proeftraining van twaalf dagen.
Als de proef aanslaat, wil de organisatie nog dit najaar beginnen met de Nationale Zendings Training. Die moet leiden tot een „gemeenschappelijke basis van theoretische en praktische kennis met het oog op het welzijn van de zendelingen”. De training, die een maand duurt, vindt op een centrale locatie (Voorthuizen) plaats. De deelnemers krijgen les van docenten van bijbel- en trainingsscholen.
De EZA is daartoe nog bezig met een onderzoek naar de mogelijkheden tot samenwerking met instituten als de Evangelische Theologische Hogeschool, De Wittenberg, het Hendrik Kraemer Instituut, de Christelijke Hogeschool Ede en de Azusa Theologische Bijbelschool. Deelnemers aan de training hoeven geen specifieke vooropleiding te hebben.
De EZA overkoepelt 75 zendingsorganisaties, die in totaal 1300 zendelingen vertegenwoordigen. Ook ruim 25 plaatselijke gemeenten zijn bij de organisatie aangesloten. De EZA begon vorig jaar zomer een onderzoek onder de organisaties om te achterhalen of er behoefte is aan de training.
Enkele zendelingen gaven daarbij vanuit hun ervaring aan wat zij missen op het zendingsveld. Ook stelden leiders van zendingsorganisaties een profiel van de zendeling op, aldus Van der Wilden.
De EZA constateerde in 1998 met zorg dat een op de zes zendelingen al voor het eerste verlof (tussen het eerste en derde jaar) afhaakt. Persoonlijke en gezinsproblemen zijn daarvoor de belangrijkste redenen. Van der Wilden zei toen dat een betere selectie, training en pastorale begeleiding van zendelingen veel verdriet kan voorkomen.