Vogelbescherming: IJsselmeergebied verdient betere bescherming
Vele tienduizenden vogels gebruiken het IJsselmeergebied. Reden voor Europa om het de internationale Natura 2000-status te geven. Daarom moet Nederland goed voor de vogels te zorgen. Dat kan beter, vindt ecoloog Leo Bruinzeel van Vogelbescherming Nederland.
Het IJsselmeergebied begin mei. Op het water verzamelen tientallen aalscholvers vis voor hun jongen. Een roerdomp hoempt vanuit het riet terwijl lepelaars bezig zijn met hun nesten. Honderden kokmeeuwen en visdiefjes krijsen boven de Marker Wadden, kluten en plevieren scharrelen aan de waterkant.
Ook onder water is de lente losgebroken in dit grootste zoetwatermeer van West-Europa. Het water golft door wild bewegende, paaiende brasems. De spieringen en snoeken paaiden al eerder en het krioelt van de jonge vissen.
Rijkdom ten top. Een vogeleldorado. En niet alleen nu. In de nazomer ruien honderden knobbelzwanen en futen en duizenden eenden op het veilige grote water, gevolgd door de duizenden trekvogels die het gebied gebruiken om er te rusten en te foerageren. Uiteindelijk arriveren de tienduizenden wintergasten, vooral eenden en zaagbekken. Het zijn vogels die in het hoge noorden broeden en in het IJsselmeergebied overwinteren.
Voor veel soorten vogels worden de zogeheten instandhoudingsdoelen niet gehaald. Zo moet het IJsselmeer opvang bieden aan 3300 visdiefbroedpaartjes. Bij de laatste telling in 2017-2018 werd slechts twee derde hiervan waargenomen. In de winter horen er 180 nonnetjes te zijn, maar verblijft er slechts de helft. In trektijd 70.000 zwarte sterns, terwijl tellingen maar op 10.000 uitkomen. De oorzaken van de tanende vogelaantallen zijn divers, zo blijkt uit Bruinzeels verhaal.
Door het onnatuurlijk peilbeheer (in de winter laag en de zomer hoog) en de harde dijken zijn er onvoldoende geleidelijke en ondiepe natuurlijke land-waterovergangen waar vissen kunnen paaien en opgroeien en vogels voedsel kunnen vinden. „De rietzones zouden ook veel beter moeten. Heel veel vogels, vooral zeldzame zoals de roerdomp en grote karekiet, nestelen graag in een gezonde rietkraag. En juist die oevers zijn er vaak beroerd aan toe”, vertelt de ecoloog.
Druk
Het is druk in ons land. Vogels die op kale grond broeden, zijn kwetsbaar en eisen dan ook rust. „Met meer zandvlakten en schelpeneilandjes zijn de vogels te helpen. De nieuwe Marker Wadden zijn voor deze vogels heel belangrijk, maar ook elders zijn zulke kale gebieden nodig.
Toenemende recreatiedruk, visserij, zandwinning en de vele plannen voor de komst van windmolens en zonnepanelen in het IJsselmeergebied baren de Vogelbescherming ook zorgen. „Het IJsselmeergebied zou nog zo veel rijker kunnen zijn. Móéten zijn. Nederland voldoet niet aan de eisen die Natura 2000 stelt. En het kan wel”, aldus Bruinzeel.
Zijn organisatie werkt er hard aan, voert de vogelbeschermer aan, deels gefinancierd met geld van de Nationale Postcode Loterij. Zo wordt er met de visserijsector overlegd om te komen tot een gezonde visstand en een duurzame vorm van visserij, een visserij waarvan niet langer vogels –onbedoeld– het slachtoffer worden. De visserij op spiering, stapelvoedsel voor heel veel vogels, is dankzij de Vogelbescherming gestopt.
Met de recreatiesector en gemeenten is er overleg over zonering van recreatie, zodat er ruimte is voor vogels en mensen.
Lobbywerk, maar ook praktische zaken, voert de vogelman aan. „Zo wordt er samen met Staatbosbeheer op twee plaatsen aan de Noord-Hollandse Markermeerkust, onder meer bij Schardammer Kogen, een vooroever met eigen peilbeheer ontwikkeld die kan dienen als paai- en opgroeigebied voor vis.”
Deze voorbeeldprojecten laten volgens de vogelkenner zien wat er aan natuurwinst te behalen valt zonder daardoor de waterveiligheid of zoetwatervoorziening aan te tasten. Bij Tacozijl en de Mokkenbank wordt dit samen met ’t Fryske Gea gedaan. „Door het water dat in de winter met zuidwesterstorm de Mokkebank op waait vast te houden en op natuurlijke wijze uit te laten zakken, creëren we in combinatie met een visverbinding een seminatuurlijk oeversysteem. Het ondiepe water trekt vissen die willen paaien en daarmee natuurlijk ook vogels. De plantengroei kan zich zo ook op natuurlijke wijze ontwikkelen, waardoor zeldzame vogelsoorten zoals de grote karekiet hier kunnen broeden.”
De problemen zijn groot maar, zo is Bruinzeels overtuiging, voor een belangrijk deel oplosbaar. „Het IJsselmeergebied verdient het. De vogels verdienen het.”
Ondertussen dropt een koekoek stiekem een ei in het nest van een rietzanger, wurmt een lepelaarsjong zich uit een ei en stapt een klutenjong door het slijk. Vissen paaien, libellen jagen. Het is lente in het IJsselmeergebied.
Kijktips
Wat tips om vogels te kijken in het IJsselmeergebied. Na de crisis is het mogelijk op excursie te gaan naar de Marker Wadden (natuurmonumenten.nl/agenda) of op het eiland De Kreupel voor de kust bij Andijk (staatsbosbeheer.nl/activiteiten). Vogelbescherming Nederland heeft een vogelkaart uitgebracht met tips voor mooie vogelkijkplekken en twee vogelrijke fietsroutes.