Over de mogelijkheid om statiegeld te heffen op kleine flesjes wordt al jaren gesteggeld in de politiek. Jaarlijks komen zo’n 100 miljoen plastic flesjes in het milieu terecht. De financiële aanmoediging moet ertoe leiden dat 90 procent van de verkochte flesjes wordt ingeleverd.

Producenten van frisdrank en andere dranken die veel in kleine flesjes worden verkocht, worden verantwoordelijk voor de invoering van het systeem dat statiegeld regelt. Er komen bij ongeveer 12.000 verkopers van flesjes ook inleverpunten waar consumenten hun statiegeld terugkrijgen in ruil voor de lege flesjes. In grote supermarkten, op treinstations met winkels en bij grote tankstations en cateraars. Horeca en kleine bedrijven hebben geen innameplicht, scholen en sportclubs kunnen zelf kiezen.

Staatssecretaris Stientje van Veldhoven (Infrastructuur en Waterstaat) maakte in 2018 afspraken met het bedrijfsleven en gemeenten om het aantal kleine plastic flesjes dat in zwerfafval terechtkomt met 70 tot 90 procent te verminderen. Dat doel werd niet gehaald. Intussen werden al voorbereidingen getroffen om statiegeld in te voeren.

Eenzelfde soort afspraak is er nu voor blikjes. Op voorstel van de Tweede Kamer werken organisaties nu aan de vermindering van het aantal blikjes in het zwerfafval. Als de doelen in het najaar van 2021 niet worden gehaald, volgt ook statiegeld op blik. De voorbereidingen daarvoor zijn inmiddels begonnen, zoals de Kamer had gevraagd.

Ondanks de coronacrisis „blijf ik me ook op andere terreinen inzetten voor een gezonde en schone toekomst”, zegt Van Veldhoven. Belangrijk onderdeel daarvan is het tegengaan van de plastic soep en zwerfafval, aldus de bewindsvrouw. Ze treedt nu al naar buiten met het voorgenomen traject omdat ze verwacht dat de voorbereidingen voor betrokkenen een jaar in beslag zullen nemen.