1 op 5 basisschoolkinderen in noodopvang wegens kwetsbare positie
Van de kinderen uit het basisonderwijs die nu overdag in noodopvang zitten, bevindt zo’n 20 procent zich in een kwetsbare positie. Dat laat minister Arie Slob (Onderwijs) vrijdag weten aan de Tweede Kamer.
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd ziet het aantal verzoeken om hulp uit kwetsbare gezinnen sneller toenemen dan verwacht, schrijft Slob.
De noodopvang is onder meer bedoeld voor kinderen van ouders met een cruciaal beroep, en voor wie thuisonderwijs dus geen optie is. Maar ook voor kinderen uit kwetsbare situaties is er plek. Dan gaat het bijvoorbeeld om kinderen in een onveilige thuissituatie, of die niet de middelen hebben om thuisonderwijs te volgen.
Scholen en gemeenten trokken deze week aan de bel omdat een aantal kwetsbare kinderen niet in beeld is. De minister benadrukt dat instanties moeten blijven proberen hier verandering in te brengen. „Dat kan ook. Telefoneren, deurbezoeken, gewoon er naartoe gaan. De leerplichtambtenaar kan daar ook voor worden ingezet”, zei hij eerder vrijdag.
De onderwijskoepels „zullen in de komende dagen hun leden opnieuw benaderen om te zorgen dat kinderen en jongeren in een kwetsbare positie in beeld zijn en de begeleiding krijgen die ze nodig hebben”, aldus Slob.