Grote zorgen om toekomst mondzorg
Mondzorgpraktijken zijn erg bezorgd om hun voortbestaan en dat van de hele mondzorg. Sinds ze de niet-acute zorg hebben moeten staken vanwege het coronavirus, melden volgens hun verschillende organisaties meer en meer praktijken betalingsproblemen en dreigende faillissementen bij de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). De NZa beaamt dergelijke meldingen, maar zegt dat die in de eerste plaats voor de verzekeraars zijn met wie nog wel overleg is over de aanpak van de problemen.
De gezamenlijke mondzorgkoepels stellen dat er al honderden van die meldingen zijn gedaan. Er is een daling van de geleverde mondzorg met 95 procent, terwijl de mondhygiënisten vrijwel helemaal niks meer kunnen doen, schrijven de organisaties in een brief aan het kabinet. Intussen lopen de kosten door. De sector voelt zich in onzekerheid gelaten en zegt dat overleg nog niets oplevert. Niet duidelijk is welke steun vanuit zorgverzekeraars kan worden verwacht en of vormen daarvan wel toereikend zullen zijn.
De organisaties stellen voor dat praktijkhouders een „beperkte” compensatie vragen voor verloren omzet. „Deze compensatie is gericht op het kunnen betalen van de kosten en het overeind houden van de onderneming. Dit kost feitelijk minder dan de mondzorg zou hebben gekost als er in deze periode geen coronacrisis was geweest.”