Jan Wolsheimer: Westerse kerk is niet meer gewend aan lijden
De Westerse kerk is niet meer gewend aan het lijden, stelt Jan Wolsheimer, directeur van MissieNederland. „Een crisis is een kans die kan worden benut of gemist. Ontdek nieuwe vormen van kerk-zijn.”
Samen met Joel News geeft MissieNederland de brochure uit ”Hoe de Vroege Kerk omging met twee ingrijpende epidemieën… en twee keer zo groot werd.” Het motto luidt: Hoe kunnen de christenen reageren op de coronacrisis? „De kerkgeschiedenis leert ons een belangrijke les: kalm te blijven, met compassie om te zien naar anderen, en vóór alles het Koninkrijk van God te zoeken.”
Kerkvaders als Cyprianus, Dionysius en Eusebius schreven dat epidemieën een grote bijdrage leverden aan de christelijke zaak, aldus de brochure. Terwijl de heidense en Griekse filosofieën nauwelijks troost boden in tijden van rampspoed, gaven christenen betekenis aan het leven door slachtoffers van epidemieën in het Romeinse Rijk, met name in 165 en 251, te helpen. Het christendom werd een „revitaliseringsbeweging”, die mensen gezamenlijk in beweging bracht én de kerk deed groeien.
Wolsheimer: „We worden nu overspoeld door iets dat groter is dan onszelf, wat we niet meer in de hand hebben. We raken in paniek en angst omdat we gewend zijn aan de maakbaarheid van het leven. Voor de kerk is dit een reden om naar binnen te keren en zich af te vragen wat het christelijk geloof nu echt betekent.”
Waarom geeft de Vroege Kerk het goede voorbeeld?
„Men leefde vanuit een ander Koninkrijk én toonde zorg en liefde voor de wereld. De eerste christenen hielpen de pestlijders en waren daarin een voorbeeld voor de Romeinen. Dat leidde zelfs mede tot het einde van het Romeinse Rijk. Ook later hebben nonnen en monniken uit de kloosters slachtoffers van de pest in de steden opgezocht terwijl velen de steden ontvluchtten. Zonder dat ze het beseften bouwden zij daarmee een immuniteit op waardoor het aantal christenen de niet-christenen overvleugelde.”
Zijn kerken te laks geworden?
„Het ging ons decennia goed. Vandaar dat de kerk zo langzaam reageert op de crisis. De kerk bevindt zich nu in een snelkookpan waarin hopelijk veel kan gisten. Als je alleen de praatprogramma’s in de media bekijkt, word je alleen maar angstig door al het negatieve nieuws. In reformatorische kringen spreekt men over verootmoediging, in evangelische kringen worden nu ineens allerlei profetieën te pas en te onpas gedeeld. Maar laten we niet moedeloos worden, maar bémoedigd worden door het Woord van God. We kunnen natuurlijk spreken van verootmoediging, maar laten we uitstralen dat ook al sterven wij, er toch hoop is omdat het leven met Christus beter is en het sterven winst.”
De wereld schreeuwt ook om geestelijke hulp?
„Absoluut. Ik woon in Woerden en ik merk veel angst bij buurtbewoners. Een van de belangrijkste noodkreten via sociale media is: Ik wil met iemand praten, want ik ben bang. We hebben als kerk vaak de zorg alleen aan de eigen leden gegeven, maar laten we nu het luikje naar buiten opengooien en weer kerk zijn voor deze wereld.”
Premier Rutte wil er flink tegenaan, zijn vertrouwen vooral richtend op de wetenschap.
„Toen hij zijn rede afsloot, dacht ik ineens: Hier past een gebed bij. Dat kon hij natuurlijk niet, alle religie en spiritualiteit was er uitgeselecteerd. Maar daarom is het als kerk belangrijk om een diepere bron aan te boren. We hebben nu de angst voor onze gezondheid, maar straks komt de tweede golf eraan: de faillissementen. En hoe gaan we om met de intermenselijke verhoudingen? We horen nu ineens van meer mishandelingen in huizen in geval van slechte huwelijken. Wij mogen als kerk een boodschap van liefde, verzoening en hoop brengen.”
De huiskerken zijn nu ineens actueel, valt in de brochure te lezen.
„Dat was de kracht van de Vroege Kerk. De vele nieuwe gelovigen met Pinksteren kwamen niet massaal bij elkaar. Ze waren lokaal en klein georganiseerd tot wendbare eenheden. Wij zijn als evangelischen bij MissieNederland gewend om kerken op te knippen in kleinere groepen. Als je je nu vooral krampachtig wilt richten op het instandhouden van de eredienst, waarvoor een ambtsdrager nodig is, dan heb je inderdaad een probleem. Nu de kerk gedecimeerd is, moeten we kijken naar andere manieren van kerk-zijn. Daarbij kunnen we volwaardiger kerk zijn, een kerk die een hart laat zien voor een wereld in angst en ontreddering.”
Zie ook RD donderdag pagina 2