Kabinet wil lachgas op zwarte lijst Opiumwet
Het recreatief gebruik van lachgas gaat als het aan het kabinet ligt onder de Opiumwet vallen. Drie vragen.
Wat is lachgas?
Lachgas (N2O) is een kleurloos, zoet geurend en zoet smakend gas dat wordt toegepast in de zorg (voor kortdurende verdoving), de voedingsmiddelenindustrie (voor het opspuiten van slagroom) en de auto-industrie (om motoren extra vermogen te laten genereren). De laatste jaren wordt het steeds meer gebruikt als recreatief roesmiddel op feesten en partijen, kortom als partydrug.
Waarom wil het kabinet het spul op de zwarte lijst?
Dat is het gevolg van een risicoanalyse van het Coördinatiepunt Assessment en Monitoring nieuwe drugs (CAM). Dat heeft vastgesteld dat aan het oneigenlijk, recreatief gebruik ervan substantiële gezondheidsrisico’s kleven en roept op tot actie. Ook gemeenten hebben herhaaldelijk gevraagd om landelijk beleid, omdat zij in toenemende worden geconfronteerd met overlast en incidenten tijdens festivals. De politie heeft al een paar keer gewezen op de verkeersrisico’s.
Optreden kan op meerdere manieren, bijvoorbeeld via Europese verordeningen over het verplicht registreren van lachgas bij het Europees Chemicaliënagentschap, of via verordeningen over etiketterings- en verpakkingseisen. Volgens staatssecretaris Blokhuis (VWS) en minister Grapperhaus (Justitie) is dat echter onvoldoende effectief. Vandaar deze stap.
Hoe snel wordt deze nieuwe maatregel van kracht?
Blokhuis denkt met een maand of negen, maar dat wordt nog een heel gepuzzel en getouwtrek. Denk alleen maar aan de wetstechnische uitdaging. Het is natuurlijk niet de bedoeling dat de sectoren die lachgas willen gebruiken waarvoor het is bedoeld daar steeds een ontheffing voor moeten aanvragen. Er moet dus een productie-, bezits- en handelsverbod komen, in combinatie met een algemene uitzondering voor de zogeheten „eigenlijke toepassingen” in de genoemde branches. Die toepassingen moeten dan wel zorgvuldig worden gedefinieerd, anders is de bepaling niet te handhaven.
Uit de reacties valt bovendien op te maken dat het kabinet de coalitiepartijen VVD en D66 nog niet heeft overtuigd van het nut van de maatregel. Door het organiseren van hoorzittingen en het inlassen van schriftelijke vragenrondes kunnen deze twijfelaars de uitwerking nog flink vertragen. VVD-Kamerlid Hermans lijkt daar wel oren naar te hebben. Volgens haar schiet het kabinet „met een kanon op een mug.”