Onderzoek borstreconstructie met eigen vet
Tien Nederlandse ziekenhuizen gaan verder onderzoek doen naar het gebruik van lipofilling bij een volledige borstreconstructie na borstkanker. De techniek heeft zich al wel bewezen voor borstvergrotingen en kleine correcties, maar nog niet na volledige borstamputatie, zegt arts-onderzoeker Sander Schop van het Maastricht UMC+.
Bij lipofilling worden vetcellen uit de buik of benen weggehaald en verplaatst naar de plek van de borst. Na transplantatie van de vetcellen, groeien ze langzaam op de nieuwe plek. De vetcellen worden in drie tot vier sessies ingebracht met tussenpozen van drie maanden. „Een relatief weinig belastende operatie”, aldus Schop, coördinator van het onderzoek.
„Daarbij is geen lichaamsvreemd materiaal nodig zoals bijvoorbeeld bij een siliconenprothese, waardoor er geen risico is op infectie, kapselvorming met bijbehorende pijnklachten, scheuring van het implantaat en de noodzaak van latere prothesewissels”, vervolgt de arts.
Aan het onderzoek naar de effectiviteit en veiligheid van lipofilling doen naar verwachting 350 vrouwen mee. Dat is nodig om de behandeling uiteindelijk ook in aanmerking te laten komen voor vergoeding vanuit de basisverzekering. Het ministerie van Volksgezondheid heeft 6,2 miljoen euro vrijgemaakt om het onderzoek mogelijk te maken.
