Beide politici zijn in de Belgische hoofdstad in het kader van de tweedaagse zogeheten Euro-Mediterrane conferentie, een vergadering van bewindspersonen van de vijftien EU-lidstaten met collega’s van landen aan de oost- en de zuidkant van de Middellandse Zee. Het was voor het eerst sinds eind september dat er op politiek niveau een rechtstreekse dialoog plaatsvond tussen de twee belangrijkste strijdende partijen in het Midden-Oosten.

De Belgische premier Verhofstadt, die momenteel het voorzitterschap van de Unie bekleedt, gaf leiding aan het overleg. Hij heeft Arafat en Peres naar verluidt voorstellen voorgelegd in de sfeer van de wederzijdse veiligheid, met de bedoeling enig herstel van vertrouwen te bevorderen en in het verlangde daarvan het vredesproces weer op gang te krijgen. De minister-president ontving eerder op de dag beide heren afzonderlijk. De EU probeert voortdurend haar rol in de betrokken regio uit te breiden. Tot nu toe voeren steeds de Amerikanen de regie over de pogingen om een oplossing te vinden voor het daar heersende conflict.

„Het is niet realistisch om te veronderstellen dat we in enkele uren of dagen een lange periode van geen geweld kunnen bewerkstelligen”, merkte Verhofstadt na afloop op. Hij constateerde „een reëel probleem van geloofwaardigheid” doordat eerdere beloften niet zijn nagekomen. Zijn woordvoerder liet weten dat er overeenstemming zou zijn bereikt over een vervolgbijeenkomst waarop experts van beide zijden de beoogde veiligheidsmaatregelen onder de loep zullen nemen. Hij noemde echter geen datum.

Concrete daden
Israëlische bronnen leken eropuit de betekenis van de gedachtewisseling tussen Arafat en Peres af te zwakken. „Er zijn geen onderhandelingen gevoerd en er zijn geen beslissingen genomen”, aldus een zegsman. Hij benadrukte verder dat de regering in Jeruzalem concrete daden wil zien die erop gericht zijn een einde te maken aan de aanslagen door Palestijnen. Peres heeft verklaard dat Israël niet streeft naar blijvende militaire aanwezigheid in de Palestijnse gebieden, maar dat het geen concessies zal doen ten aanzien van de veiligheid van zijn bevolking.