„Eenwording NGK en GKV moet in rust en vertrouwen gebeuren”
De Nederlands Gereformeerde Kerken (NGK) en de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (GKV) zijn sinds 2017 in staat van hereniging en verlangen naar eenheid, maar formeel moeten ze nog fuseren. „Het gaat om groei en ontwikkeling, niet om maat- en constructiewerk”, aldus Ad de Boer, voorzitter van de regiegroep hereniging van de NGK en de GKV.
Hij zei dat zaterdag tijdens de landelijke vergadering van de NGK in Zeewolde, waarop het rapport ”Verlangen naar een nieuwe kerk” van de regiegroep hereniging besproken werd. Het was een verkennende bespreking. De inhoudelijke besprekingen over het rapport zullen de beide kerkelijke vergaderingen gezamenlijk doen, in februari volgend jaar, zo stelde De Boer. Volgens het tijdpad zouden beide kerkverbanden in 2023 in principe kunnen fuseren.
Op 11 november 2017 namen de generale synode van de GKV en de landelijke vergadering van de NGK in Kampen gezamenlijk het besluit om „zo spoedig mogelijk” te komen tot één kerkgemeenschap. Sytze Huizinga, lid van de regiegroep, relativeerde zaterdag de woorden „zo spoedig mogelijk”, omdat de kerken „niet overhaast” te werk willen gaan.
De Boer zei dat de term ”fusie” zo veel mogelijk is vermeden in het regierapport. „We wilden vooral het geestelijke karakter van het afgelopen proces meevoeren en meedragen. Het regierapport is een tussenbalans in het proces van eenwording. Wij beschrijven wat er gaat gebeuren de komende jaren, maar niet gedetailleerd, met een schema of actielijst. Synodes en landelijke vergaderingen hebben ruimte en tijd nodig om te wikken en te wegen en elkaar in de ogen en het hart te kijken. Wij ontvangen de eenheid van God en wij mogen daarin meegaan. Die toonzetting hebben we in het rapport willen leggen. Het moet een gezamenlijk proces van beide kerken zijn.”
Retraite
Voorafgaand aan het definitieve besluit zullen de leden van de generale synode van de GKV en de landelijke vergadering van NGK kennis met elkaar maken tijdens een retraite, waarin ruimte is voor ontmoetingen en geloofsgesprekken van hart tot hart. De regiegroep stelt voor om het vergaderproces te starten met een „koersbesluit”, om heen te werken naar volledige eenwording van beide kerkverbanden. Meer naar het eind moet een besluit over de „vaarsnelheid” worden genomen: het tempo in het verdere eenwordingsproces en het moment waarop volledige eenwording mogelijk is.
Ouderling R. Hoekstra van de Tehuisgemeente in Groningen (die aan de wieg stond van de scheuring in 1967, waaruit de NGK ontstonden) keek met gemengde gevoelens naar de gezamenlijke bijeenkomst in Kampen. Enerzijds met vreugde omdat gezamenlijk het avondmaal gevierd mocht worden, anderzijds ook met „grote teleurstelling” over het feit dat direct gekozen is om binnen de kaders van de „gedateerde belijdenisgeschriften” en bestaande visie op kerkordes te blijven.
Hoekstra: „Het is overbodig en zelfs ongewenst om te streven naar uniformiteit. We zien een ontbreken aan realiteitszin ten aanzien van gebondenheid aan de belijdenisgeschriften. Bij het overgrote deel van de gemeenteleden in de NGK, GKV maar ook in de Christelijke Gereformeerde Kerken, spelen die geen enkele rol meer. Men kent ze niet meer en heeft geen behoefte zich daarin te verdiepen. Ook veel ambtsdragers nemen echt niet meer de moeite om die te doorgronden. Het ondertekenen van het bindingsformulier gaat dan meer lijken op het zetten van een noodzakelijk vinkje om verder te kunnen gaan. In plaats van „één in geloof en belijden”, vinden wij „één in geloof en liefde” een beter uitgangspunt.”
Schuld belijden
„Wat is het mooi als je wakker wordt en je leest dat de GKV spijt willen betuigen voor de breuk van 1967.” Met deze woorden opende de preses van de landelijke vergadering, diaken A. F. M. Schippers, zaterdag de vergadering. „Het is een teken van liefde en verlangen om het weer goed te maken. We groeien naar een gemeenschap van kerken en die maakt deel uit van de Kerk met een hoofdletter, de Bruid van Christus. Omdat God getrouw is, kunnen wij dat werk doen.”
Uit een voorstelronde van alle afgevaardigden bleek hoe diep de pijn bij velen zit over de scheuring van 1967. Zo waren kinderen ineens niet meer welkom op vrijgemaakte scholen. „Een structuur veranderen gaat snel, een cultuur niet.”
De afgevaardigden keken grosso modo met verlangen uit naar het samengaan met vrijgemaakten. Bezwaarde geluiden kregen ook hun plek. In Urk is er bijvoorbeeld nog „argwaan” en verloopt de samenwerking met de vrijgemaakten nog „moeizaam.”
„Wij zijn uit de kerk gezet, uit elkaar gescheurd”, zo merkte ds. M. Janssen uit Zeist op. „Nu kunnen we toch elkaar niet zomaar in de armen vallen? Daarom is het goed dat we daar nu met spijt op terugkijken.”
Toch vond hij het een „moeilijk te verteren punt” dat de GKV twee jaar voor het groen licht geven aan vrouwelijke ambtsdragers –in 2017– nog „harde woorden” over de NGK spraken, omdat die een „verkeerde Schriftvisie” zouden hebben, juist op het punt van vrouw en ambt.