Eén dag zonder stroom zitten: ontberen doet waarderen
Afgelopen vrijdag zaten we door een kabelbreuk ruim twaalf uur achtereen zonder elektriciteit in huis. Dat bleek een zeer leerzame ervaring.
Om 6 uur 20 ’s ochtends viel opeens de stroom uit in de rechterhelft van het huis. In eerste instantie denk je dan aan kortsluiting, maar inspectie van de stoppenkast leverde niets op. Terwijl ik nog aan het nadenken was over een mogelijke oorzaak, viel ook in de rest van het huis de elektriciteit weg en was opeens alles donker.
Nadat we bij de buren hadden gecheckt of die wél stroom hadden, begrepen we dat de oorzaak moest liggen bij de bouwplaats naast onze woning. Tijdens graafwerkzaamheden was de gasleiding al geraakt en even later de waterleiding, dus dit scenario was iets waar we al rekening mee hadden gehouden.
De storingsdienst van het elektriciteitsbedrijf was verrassend snel ter plekke en ging voortvarend aan de slag. Daardoor verwachtten we rond koffietijd alweer aangesloten te zijn op het net, want een vorige keer was de storing binnen enkele uren verholpen. In werkelijkheid zouden ze meer dan twaalf uur achtereen aan het werk zijn en duurde het tot negen uur ’s avonds voordat het licht weer aanging.
Tegen die tijd stonden er twee busjes van de storingsdienst in de straat en een oplegger met een graafmachine. De straat werd op twee plaatsen opengebroken en weer netjes dichtgemaakt op zoek naar wat ze zelf een speld in een hooiberg noemden. Uiteindelijk werd de oorzaak gevonden tussen de funderingen van het oude huis, waar bij de sloop een kabel moet zijn geraakt.
De eerste wijze les die uit dit verhaal kan worden getrokken, is dat we in een buitengewoon beschaafd land leven. Een land waar achter de schermen honderdduizenden mensen aan de slag zijn om de machine te oliën. Zonder al die hardwerkende Nederlanders zou de economie stilstaan, het vuilnis zich ophopen en het verval zijn intrede doen. Ons land is niet af, maar vraagt om constant onderhoud.
De tweede wijze les is dat je zonder elektriciteit ruim honderd jaar terug in de tijd wordt geslingerd. Zonder stroom in huis doet niets het en verandert de woning in een lege, kille huls die slechts beschutting biedt tegen regen en wind. De verwarming valt uit, koken gaat alleen nog als je daarvoor gas gebruikt, het is donker binnen en er kan zelfs geen kop thee meer worden gezet.
Terecht merkte mijn echtgenote op dat elk huishouden eigenlijk één dag van het stroomnet zou moeten worden afgesloten om goed te beseffen hoe bevoorrecht we zijn en hoeveel verworvenheden we voor lief nemen. Pas wanneer we op een dag ziek worden, realiseren we ons hoe gezegend we waren toen we nog niets mankeerden.
Zelf vond ik het een tikje teleurstellend dat niemand van de buren –of van het bouwbedrijf in kwestie– een kan warme thee kwam brengen of aanbood koffie voor ons te zetten. Eerlijk gezegd weet ik niet of ik in een omgekeerde situatie zelf zo attent zou zijn geweest, maar nu voelde het toch wat armoedig aan en leek het binnenshuis extra kil en ongezellig.
De auteur is publicist. Voor eerdere columns zie rd.nl/hormann. Reageren? hormann@refdag.nl