Shell schikt definitief met toezichthouders
De schikking over de waardering van zijn oliereserves die oliemaatschappij Shell vorige maand met de beurstoezichthouders FSA en SEC overeenkwam, is definitief geworden. Dat liet Shell dinsdag weten.
Shell betaalt 120 miljoen dollar (99 miljoen euro) aan de Amerikaanse SEC en 17 miljoen pond (25 miljoen euro) aan de Britse FSA. Deze boetes komen overeen met de bedragen die Shell eerder bekendmaakte. De oliemaatschappij zal als onderdeel van de overeenkomst met de SEC 5 miljoen dollar (4 miljoen euro) investeren in een intern controlesysteem om herhaling te voorkomen.
De medewerking van Shell aan het onderzoek van de FSA heeft een lagere boete tot gevolg gehad, liet de Britse toezichthouder weten. De FSA meldde dat het nog verder onderzoek doet naar „andere aspecten” van de herwaarderingsaffaire. Hiermee doelt de FSA op het nog lopende onderzoek naar de rol van bepaalde personen in deze zaak.
In januari dit jaar bracht Shell naar buiten dat het de bewezen olie- en gasreserves jarenlang te hoog had ingeschat. De reserves van de oliemaatschappij moesten met eenvijfde naar beneden worden bijgesteld.
In totaal staan nu 4,47 miljard vaten (van 159 liter) minder in de boeken ofwel 23 procent. De affaire kostte drie bestuursleden de kop, onder wie topman Philip Watts. De Nederlander Jeroen van der Veer volgde hem op.
Van der Veer noemde de schikking „een belangrijke stap om het vertrouwen van beleggers, partners, klanten en werknemers in het bedrijf te herstellen.” Shell is nog in gesprek met de Nederlandse beurswaakhond AFM, beursbedrijf Euronext en het Amerikaanse ministerie van Justitie.
Na de affaire rondom de waardering van de reserves hebben beleggers erop aangedrongen dat het Nederlands/Britse olieconcern een slagvaardiger bestuur krijgt. Het bedrijf kent nu twee directies, die samen weer een groepsdirectie vormen. De Nederlandse poot maakt 60 procent van het concern uit, de Britse 40 procent. Een stuurgroep buigt zich momenteel over verandering van de bestuursstructuur.