Collega’s, vrienden, familie en andere belangstellenden hadden vrijdagavond tijdens een avondwake in een parochie in Culemborg al gelegenheid gekregen de laatste eer te bewijzen aan de 29–jarige Jeroen Severs. De wachtmeester der eerste klasse van de Koninklijke Marechaussee kwam in het zuiden van Irak om het leven tijdens een vuurgevecht. Vijf andere Nederlandse militairen raakten daarbij ernstig gewond.

De militairen bleken volledig te zijn verrast door een omvangrijke hinderlaag in Ar Rumaythah, die uitliep op een urenlang vuurgevecht op verschillende locaties. Minister Kamp van Defensie zegde naar aanleiding van de dodelijke beschieting versterkingen toe in de vorm van twaalf Patria–pantserwielvoertuigen, extra terreinwagens met mitrailleurs en zestig infanteriemilitairen.

Severs, afkomstig uit Zoelmond (gemeente Buren), is de tweede Nederlandse militair die in Irak is gesneuveld. Op 10 mei kwam Dave Steensma, sergeant der eerste klasse, daar om het leven bij een aanval met handgranaten. Hij werd vijf dagen later met militaire eer begraven in Franeker.

Severs werd door familieleden ten grave gedragen. Vooraan de rouwstoet reden twee motoren van de Koninklijke Marechaussee. Voorafgaand aan de begrafenis op de kleine, afgelegen begraafplaats was er een uitvaartmis in een nabijgelegen kerk. Daarna ging iedereen te voet naar de begraafplaats. Op de achtergrond was klokgelui te horen.

In de straat in Zoelmond waar Severs woonde, hingen zaterdag aan enkele huizen de vlaggen halfstok. Aan de vooravond van de begrafenis namen honderden mensen deel aan de avondwake voor de omgekomen militair. Onder hen waren veel marechaussees en onder anderen de secretaris–generaal van het ministerie van Defensie, Annink, de bevelhebber van de landstrijdkrachten, Urlings, de bevelhebber van de Koninklijke Marechaussee, Beuving, en chef defensiestaf Berlijn.