Waakzaam bij de Oogpoort en de Oorpoort
De Oogpoort en de Oorpoort. Bunyan beschrijft in ”De Heilige Oorlog” hoeveel aanvallen daar op Stad Mensenziel gepleegd worden. Het beeld is vaak gebruikt in beschouwingen rond de RD-enquête over het gebruik van de moderne media door reformatorische jongeren.
„De strijd bij die poorten is christelijke plicht, maar kan niet in eigen kracht gevoerd worden”, zei rector ir. Chr. J. Flikweert vrijdagavond tijdens de jaaropening van de Gomarus Scholengemeenschap in Gorinchem. Hij sprak in Hardinxveld-Giessendam samen met ds. A. C. Rijken uit Gameren. In Werkendam voerden ds. J. H. van Dijk uit Ameide en plaatsvervangend rector M. van Genderen het woord.
„Voor sommigen onthutsend, voor anderen een bekend beeld”, vatte Flikweert de reacties op de RD-enquête samen. Hij wees op de strijd die Jozef te voeren had in het heidense Egypte. „Tot die strijd roept Paulus steeds weer op in zijn brieven. De gemeenten leefden toen in een prechristelijke tijd, in een heidense maatschappij, onder tegenstand van de godsdienst (de Joden). Is dat niet vergelijkbaar met onze tijd?”
Flikweert wees de leerlingen op het unieke van het Nederlandse onderwijssysteem, waarin het bijzonder onderwijs gelijke rechten heeft als openbare scholen. „Jullie kosten de overheid zo’n 5000 euro per jaar per leerling. Daar mag je wat voor terugvragen. Dan mag je een leerling lui noemen die onder zijn niveau werkt. Het verplicht ons ook tot het bewaken van de identiteit van onze scholen. Hoeft de wereld niet meer te zien dat wij anders willen leven? Dat heeft de buitenwacht haarscherp in de gaten.”
De Gomarus Scholengemeenschap begint het schooljaar met meer dan 1500 leerlingen, ruim 200 meer dan vorig jaar. Vanwege de snelle groei wordt een aantal lessen voortaan op een andere locatie in Gorinchem gegeven. Het betreft een gedeelte van een schoolgebouw uit de jaren zestig. Aanvankelijk was er een mulo gevestigd, later een gymnasium, kinderopvang en andere voorzieningen. Het gebouw is voor een half miljoen euro gerenoveerd. De helft van de school is nog in gebruik bij het Da Vinci-college.
Volgend jaar krijgt de Gomarus het hele gebouw tot zijn beschikking. Het betreft een regeling voor enkele jaren; daarna moet een definitieve oplossing gezocht worden. In oktober neemt het gemeentebestuur een beslissing over de praktijklokalen die de Gomarus vanaf volgend jaar nodig heeft.
„De groei verheugt ons, maar geeft ook veel zorg”, zei Flikweert. „De kas is bijna leeg, want voor extra leerlingen krijg je het eerste jaar bijna niets. Dat scheelt ons al vier jaar meer dan een half miljoen euro per jaar.”
Ds. Rijken wees de leerlingen en hun ouders op de opdracht in Deuteronomium 6: het inscherpen van Gods geboden. „Inscherpen, dat is niet flauwtjes waarschuwen, maar volgens de kanttekeningen „alzo voordragen dat zij in hun hart mogen doordringen.” Misschien denk je wel eens: Hou maar op. Ik heb het al zo vaak gehoord. Dat je gewaarschuwd wordt, is echter niet om moeilijk te doen, maar het gaat om het behoud van je onsterfelijke ziel. Je ouders hebben dat met een eed beloofd en het is ook de opdracht van de leraren. Zou je willen dat ze zwijgen als radio 538 door het huis dreunt of als je naar plaatsen gaat waar je niet hoort? Wat is het kortzichtig om maar te leven voor de lol.”
De Gamerense predikant wees erop dat opvoeders geroepen worden om eerlijk met de kinderen om te gaan, om hen te dringen tot een leven naar Gods geboden. „De Heere wil zo’n leven zegenen, maar we moeten niet tevreden zijn als ze netjes in ons voetspoor gaan. We moeten van God geleerd en bekeerd worden. Wat weegt ons het zwaarst als ze niet naar Gods Woord wandelen: de schande voor de buren, of dat ze tegen God zondigen? Inscherpen, doen we dat met koude rechtzinnigheid of met ernst en bewogenheid?
We worden allen eenmaal geopenbaard voor de rechterstoel van Christus, dat is de boodschap die het afgelopen jaar klonk op de begrafenis van een oud-leerlinge van onze school. Het zal wat zijn als we de wereld opgezocht hebben waarvan de Heere ons door de doop afgezonderd heeft, als we in de praktijk onze doop ongedaan proberen te maken. Beter een eenling in de klas in de gunst des Heeren dan mee te doen op het zondepad. Jozef zat niet in een refo-omgeving, maar hij mocht staande blijven. Je ziel is te kostbaar om die te grabbel te gooien.”