Koken en kletsen bij de dagbesteding in Elim
Van koffieschenken tot het bijhouden van de tuin, en van knippen en kappen tot het opdienen van maaltijden; in woonzorgcentrum Elim in Barneveld kan haast iedereen vrijwilligerswerk doen. Ik probeer me verdienstelijk te maken in de keuken.
De boter is bruin. Tijd om de kippendijen een plekje in de juspan te geven. Gesis, geknetter. In een mum van tijd domineert de geur van gebraden vlees ”de Klaproos”.
Elim kent drie dagbestedingsgroepen: de Korenbloem, de Boterbloem en de Klaproos. Dat zijn huiskamers waar tien tot vijftien ouderen –Elimbewoners, maar ook anderen uit de buurt– elkaar overdag gezelschap houden. Vandaag staat de Klaproos onder leiding van welzijnsmedewerker Alie Crum (30).
Elke huiskamer krijgt iedere dag hulp van een vrijwilliger. Vandaag staat Ali van Wingerden (73) achter het fornuis. Ze loopt al bijna 25 jaar rond in Elim. „Ik begon toen mijn moeder hier zat en ik ben nooit meer weggegaan.”
De Voorthuizenaar helpt iedere vrijdag bij de Klaproos. „Ik vind het heerlijk om hier bezig te zijn. Mijn man is anderhalf jaar geleden plotseling overleden. Een hartstilstand. Het werk voor de ouderen heeft me ontzettend geholpen om het gewone leven weer op te pakken. Het geeft afleiding en zorgt voor ritme.”
Gezelligheid
Behalve de kippendijen staat er witlof met aardappels op het menu. En vanillevla toe. De kip suddert in de pan, de piepers hebben de bewoners vanochtend al geschild, de witlof komt gesneden van de leverancier. Tijd genoeg dus om te socializen.
„Ali kan koken als de beste”, glimlacht mevrouw Doornenbal die sinds twee jaar in Elim woont. Ze zit samen met tien andere bewoners in een kring te wachten tot het eten klaar is. „Ja, ze steekt er veel tijd in. Het smaakt altijd prima”, beaamt mevrouw Besselsen aan de andere kant van de kring. Ze komt vaak naar de Klaproos. „Voor de gezelligheid, tegen de eenzaamheid.”
In de cirkel zit één man. Onderuitgezakt, met z’n benen op een krukje. Als ik naast hem kom zitten, schuift hij het bankje weg, recht zijn rug en begint te vertellen. „Het is een wonder dat ik hier nog ben. Zie je dit?” De man wijst naar een fors litteken op zijn hoofd. „In 2011 werd bij mij een hersentumor geconstateerd. Na de operatie zeiden de dokters dat ik nog maar een paar maanden te leven had. We zijn acht jaar later en ik ben er nog. Heel bijzonder, echt een wonder.” Emoties overvallen de forse, kale man. Hij stopt even.
Met tranen in zijn ogen en een bevende stem vertelt hij verder. Over de ernstige ziektes die hij de laatste jaren heeft gehad, dat hij de dood meermalen in de ogen keek, maar dat hij als door een wonder steeds weer genas.
Van Wingerden heeft in ruim twintig jaar al veel bewoners zien komen en gaan. „Dat hoort bij dit werk. Je weet dat ze in hun laatste levensfase zitten en vaak zie je de dood naderen. Toch went het nooit.”
Appelmoes
De kippendijen zijn bruin, de aardappels en witlof gaar. Tijd om te eten. Nadat activiteitenbegeleider Crum alle eters aan tafel heeft geïnstalleerd, opent ze de maaltijd met gebed.
Nu moet ik aan de bak. Van Wingerden schept de borden vol; mijn taak is om ieder bord bij de juiste bewoner te brengen. De een wil veel groente, de ander heeft het vlees graag in kleine stukjes. Helemaal zinvol wordt mijn aanwezigheid pas als de pot met appelmoes niet open wil. Daar weten mijn jeugdige jongenshanden wel raad mee.
„Eet smakelijk allemaal”, begroet Eline de Frel (30) de etende ouderen. De Frel coördineert de 230 vrijwilligers die bij Elim werken. Ze geeft een kleine rondleiding.
„Naast de drie ‘huiskamers’ is er ook een grote zaal waar de meeste bewoners van de huurappartementen eten; het Trefpunt”, zegt De Frel terwijl ze een grote klapdeur openduwt. In de aula zitten zo’n dertig ouderen aan de nasi. De maaltijd wordt door een bedrijf geleverd, en door vrijwilligers opgediend. Een van hen is Gerrie van Driesten (65). „Wij kunnen meer tijd aan de ouderen besteden dan het betaalde personeel. De mensen genieten ervan als je even een praatje met ze maakt.”
Tegenover het Trefpunt is een winkeltje, verderop in de gang bevindt zich een kapsalon, door de ramen is een fleurige binnentuin te bewonderen. De Frel: „Alles wat je hier ziet, wordt door vrijwilligers bemand en beheerd. Dankzij hun enthousiaste inzet hebben wij dit soort faciliteiten.”
Bij de Klaproos is de vanillevla inmiddels verorberd. Ik zet de laatste papschaaltjes op het aanrecht. Dan zit mijn taak erop. Dankzij Van Wingerden was die taak niet al te zwaar, maar wel gezellig.
serie Aan de slag
Redacteuren doen vrijwilligerswerk. Deel 8 in een serie (slot): Chris Klaasse kookt voor bewoners van Elim in Barneveld.