CDA-Kamerlid Chris van Dam deed donderdag een oproep om agenten, die bijvoorbeeld trainingen hebben verzorgd in Afghanistan, ook een plekje te geven in het defilé. Momenteel is dat alleen voor veteranen van de krijgsmacht weggelegd. Grapperhaus gaf aan zich hier niet bewust van te zijn. „Ik ga me hier sterk voor maken”, aldus de minister.

De definitie van het begrip ‘veteraan’ is vastgelegd in de Veteranenwet. Het gaat daarbij om militairen en/of dienstplichtigen. Andere groepen die naar oorlogsgebied kunnen worden uitgezonden, zoals agenten of diplomaten, vallen er niet onder.

De vraag wie er mee mag lopen in het defilé op Veteranendag is een gevoelige. Een woordvoerder van Defensie kon niet meteen aangeven wat Bijleveld van de oproep van Van Dam vindt. De minister zit in het buitenland.

Wel benadrukt hij dat het defilé voor veel veteranen een hoogtepunt is, en een belangrijk deel van hun identiteit als veteraan uitmaakt. De militairen zijn degenen die zorg dragen voor de veiligheid in oorlogsgebied, en in het ergste geval „het ultieme offer” brengen, aldus de woordvoerder.

Maar „het voelt gewoon oneerlijk”, vindt CDA’er Van Dam. „Ze gaan vaak op dezelfde missie, maken dezelfde gevaarlijke dingen mee. En dan puur op basis van één regeltje bepalen dat de één wel en de ander niet mee mag lopen.”

Hein Scheffer van het Veteranenplatform ziet niets in het pleidooi. „Ronduit nee”, zegt hij op de vraag of er voor uitgezonden agenten plek moet komen in het defilé. „Als je daaraan begint, is het hek van de dam. Nederlandse Veteranendag is voor Nederlandse veteranen. Dat is bij wet geregeld. Als je daarvan afwijkt, is het geen Nederlandse Veteranendag meer.”