Poolse pensioenwet toprechters onrechtmatig
De Poolse wet die de pensioenleeftijd voor rechters van het hooggerechtshof verlaagt van 70 naar 65 jaar is onrechtmatig. Dat heeft het Europees Hof van Justitie geoordeeld in een zaak die de Europese Commissie had aangespannen. De maatregel tast het principe aan dat rechters onafhankelijk zijn en niet uit hun functie kunnen worden gezet, aldus het hof.
Door de wet zouden 27 van de 72 opperrechters worden vervangen, wat door critici werd gezien als een zuivering onder rechters die niet op de hand van de regering zijn. In afwachting van de definitieve uitspraak gelastte het hof de nationalistische regering in Warschau vorig jaar in kort geding al de ontslagen rechters met onmiddellijke ingang hun baan terug te geven. Dat gebeurde ook.
Brussel had aangevoerd dat de wet indruist tegen de scheiding der machten en het principe dat rechters niet uit hun functie kunnen worden ontheven. Het hof oordeelt dat de gewraakte wet niet garandeert dat rechters hun taken onafhankelijk, onpartijdig en volledig autonoom kunnen uitoefenen, mede omdat de Poolse president het recht zou krijgen hun ambtstermijn zonder motivering te beëindigen.
Polen wilde de pensioenleeftijd van de rechters gelijktrekken met die van alle Poolse werknemers en de leeftijdsopbouw bij het hooggerechtshof „optimaliseren”. Het EU-hof heeft „serieuze twijfels” of dit wel de werkelijke doelstellingen van de hervormingen zijn.