De premier noemde het compromis dat kabinet, vakbonden en werkgevers na negen jaar onderhandelen hebben bereikt “een evenwichtig pakket” met plussen en minnen voor alle betrokken partijen. Het lot van het pensioenakkoord ligt nu in handen van de vakbondsleden. Vooral naar de ledenraadpleging bij FNV wordt met spanning uitgekeken.

“Ik hoop dat het goed afloopt”, zei Rutte. “Maar het is democratie, we moeten het afwachten.” De premier ziet naar eigen zeggen “alle reden om een pleidooi te houden om voor te stemmen”, hoewel het bestuur van FNV dat niet expliciet heeft gedaan. De grootste vakbond noemt het akkoord “verdedigbaar” en legt het met een neutraal advies voor aan de leden.

Rutte benadrukte dat alle partijen aan tafel concessies hebben moeten doen, ook het kabinet en de werkgevers. Vergeleken met november vorig jaar, toen de onderhandelingen wederom vastliepen, ligt er volgens hem ook voor de bonden een beter voorstel. “Ik denk dat FNV een paar hele grote punten heeft gescoord”, aldus de minister-president.

In het pensioenakkoord staat onder meer dat de AOW-leeftijd niet langer een op een gekoppeld wordt aan de gemiddelde levensverwachting. Die verandering die in 2012 werd doorgevoerd om de oudedagsvoorziening betaalbaar te houden, was ook “te hysterisch”, erkende Rutte. Een jaar langer leven betekent straks acht maanden langer doorwerken.

Steun van de vakbonden is volgens Rutte erg belangrijk. Hoewel hun ledenaantallen de laatste jaren flink zijn gedaald, hebben zij nog steeds een “heel groot draagvlak” in de samenleving, aldus de premier.