Zestig minuten om te ontsnappen uit de escaperoom
Sinds in 2013 de eerste escaperoom in Nederland werd geopend, kwamen er gemiddeld 160 nieuwe per jaar bij. Een goed verhaal en logisch nadenken zijn de sleutel tot de ontsnapping.
Vanonder een bivakmuts kijken twee priemende ogen ons intimiderend aan. „Zeg het nú, wáár is dat witte spul?” Een lage stem maakt duidelijk dat dit geen moment is om grapjes te maken: „Ik móét het hebben. Jullie hebben 60 minuten de tijd om dit probleem op te lossen, anders zijn jullie voor mij.”
Dreigend kijkt de gemutste crimineel ons nog een keer aan. Dan loopt ze zonder ons nog een blik waardig te keuren naar de deur. Die valt met een harde klap in het slot. Het aftellen is begonnen.
Van de bravoure waarmee we vijf minuten geleden met vijf personen de ruimte binnenstapten, is weinig meer over. Daar staan we: in een afgesloten, slecht verlichte ruimte op een industrieterrein in Harderwijk. Eerlijk is eerlijk, we wisten dat deze escaperoom verrassingen zou bieden, maar de medewerker onder de bivakmuts speelt het spel wel heel overtuigend.
Toch worden we na haar vertrek gegrepen door een ongekende ontsnappingskoorts. De tijd dringt, maar we hebben geen idee waar we moeten beginnen.
Drie nieuwe escape rooms per week
Sinds de eerste escaperoom in Nederland geleden zijn deuren opende, werd het concept talloze keren gekopieerd. De website Escape Rooms Nederland telt er inmiddels meer dan 800. In de afgelopen vijf jaar kwamen er dus gemiddeld iedere week drie nieuwe ontsnappingsruimten bij – elk met hun eigen thema. Het doel: binnen 60 minuten codes kraken, raadsels oplossen en sleutels vinden om zelf de uitgang te vinden.
De escaperoom in Harderwijk bestaat sinds 2015, vertelt eigenaar Alex Kaper. „We zijn begonnen met één escaperoom en hebben nu twee kamers voor volwassenen.” Onlangs voegde hij een speciale kamer voor kinderen toe. Want kinderen willen intussen ook graag naar een escaperoom. Die toevoeging leverde bovendien nieuwe klanten op. Bezoekers kennen een escaperoom na een bezoekje immers van binnen en buiten en komen niet snel terug omdat ze de raadsels –en oplossingen– al kennen.
Logica
Wie ziet hoeveel nieuwe escaperooms uit de grond worden gestampt, zou kunnen denken dat het een fluitje van een cent is om er een te bedenken. Niets is minder waar, weet Kaper. Zijn ruimtes worden door bezoekers online hoog beoordeeld, maar die score verdiende hij niet zomaar. Om als escaperoom te scoren, is een origineel thema nodig, moet een goede verhaallijn worden bedacht en moeten ingenieuze opdrachten worden verzonnen.
„Originaliteit is heel belangrijk”, bevestigt Martijn Jansen, die in 2017 escaperoom Het Jachthuis opende in Genemuiden. Hij doorliep hetzelfde creatieve proces als Kaper. Ook de moeilijkheidsgraad van de opdrachten speelt een grote rol, vertelt Jansen. „Natuurlijk kan de een iets heel moeilijk vinden, wat de ander een eitje vindt. Het belangrijkste van een escaperoom is daarom dat het verhaal logisch in elkaar zit en dat opdrachten elkaar opvolgen.”
Hopeloos gemodder
Toch is het in de Criminele Kamer in Harderwijk in eerste instantie lastig om enige logica te ontdekken. We willen zo snel mogelijk weer buiten staan, maar waar ligt (misschien wel letterlijk) de sleutel? Hebben de schilderijen aan de muur wat te zeggen? Kunnen de kastjes los? Hoe komen we aan de code voor de kluis? En wat betekent de plattegrond aan de muur? Of worden we op het verkeerde been gezet?
Daar komt nog een belangrijk aspect bij: we willen hoe dan ook uit handen van de gemutste crimineel blijven. Daarom storten we ons koortsachtig op het vinden van aanwijzingen. Toch vergeten we daarbij een heel belangrijk element: samenwerken. De eerste vijf minuten klinkt dan ook een kakofonie van mogelijke aanwijzingen, coördinaten, getallen, cijfercodes en wilde ideeën. De groepsdynamiek draait op volle toeren, maar deze aanpak werkt niet…
Na hopeloos gemodder en vruchteloze pogingen om op eigen kracht de sleutel te ontdekken, is het dan ook hoog tijd voor een gecoördineerde actie. Aan het bureau van de ‘crimineel’ worden vondsten op tafel gelegd en ideeën geopperd. Onze hersenen werken op volle toeren.
Dat moet ook wel, want hulpmiddelen zijn in geen velden of wegen te bekennen: telefoons, pennen en horloges zijn binnenkomst ingeleverd. De tijdsdruk wordt haast nog tastbaarder doordat in de hele escaperoom geen klok is te bekennen. We zijn dus aan ons eigen tijdsbesef overgeleverd – en dat is heel verraderlijk. Natuurlijk weet je dat je over 60 minuten weer buiten staat, maar wat er tot die tijd gebeurt is een verrassing. Dat bepaalt voor een groot deel de spanning.
Ondertussen is er nog iets dat op de zenuwen werkt: de escaperoom lijkt te leven. Af en toe klinkt er muziek en opeens gaan zelfs de lampen uit. Er klinken sirenes en er wordt op de deur gebonsd. Een politie-inval! Gelukkig blijft het bij wat gebons en geschreeuw op de gang, maar toch slaken we een zucht van verlichting als de ‘agenten’ onverrichterzake omkeren en de lampen weer branden. Hoewel in deze escaperoom soms bijna het tegendeel blijkt, is het nog steeds gewoon een spelletje.
Camera’s
Toch is het een fijn idee dat we tijdens het spelletje in die enge ruimte in de gaten worden gehouden. Eind vorig jaar nog kwam er in Polen een groepje escaperoombezoekers om toen er brand uitbrak. De medewerker aan de balie verzekerde ons echter dat hij ons nauwlettend volgt. En dat blijkt, want op cruciale momenten wordt er een handgeschreven hint onder de deur door geschoven: precies op tijd en altijd met een belangrijke aanwijzing. Juist als we vastlopen met een ingewikkelde rekensom, ontvangen we weer een belangrijke aanwijzing. We staan er dus niet helemaal alleen voor! „Dat is de kunst”, zal de baliemedewerker ons achteraf vertellen. „Je moet met een passende oplossing komen en bezoekers toch het idee geven dat ze zelf de sleutel in handen hebben.”
De camera’s waarmee we worden gevolgd, dienen echter nog een doel. „Er zijn bezoekers die de spanning om opgesloten te zitten niet meer aan kunnen”, vertelt Kaper. „Zij kunnen voor de camera gaan staan en ”No Play” roepen. We halen deze persoon dan uit de escaperoom.” Wie tussentijds de ruimte verlaat, moet wachten tot de rest van de groep naar buiten komt.
Mogelijk speelt het thema van escaperooms een rol bij de angst bij bezoekers. Een zoektocht op internet leert dat de dood of een geestenwereld nogal eens een belangrijke rol speelt.
Maar in de criminele kamer en het dierproevenlab in Harderwijk spelen occulte thema’s geen rol. In Het Jachthuis in Genemuiden spreekt wel een dode, erkent Martijn Jansen. Van christelijke bezoekers zou hij daar nog geen kwaad woord over hebben gehoord. „Ze storen zich daar blijkbaar niet aan.”
Paniek
Zonder dat soort zaken is het in Harderwijk al spannend genoeg. Wie wel aan het woord wordt gelaten, is een politiemedewerker met een opsporingsbericht. Dat bericht hebben we hard nodig, want het bevat een belangrijke hint. Toch slagen we er niet in om cruciale oplossingen te vinden.
Als na een tijdje wordt omgeroepen dat we nog 10 minuten hebben, slaat de stress helemaal toe. We hebben het gevoel de oplossing binnen handbereik te hebben, maar missen toch nog cruciale informatie om de escaperoom te kunnen verlaten. Bevangen door een lichte paniek overwegen we nog eens alle opties.
Veel tijd krijgen we niet, want opeens zijn de sirenes er weer. Banden piepen, er klinken schoten. Dan gaat het licht aan en de deur zwaait open. De tijd is om.
Buiten de ruimte worden we opgewacht door een medewerker. „Jullie waren er bijna”, zegt hij. „Als jullie nog vijf minuten extra hadden gehad, hadden jullie de oplossing gevonden.” Die tijd hadden we echter niet, en dus is onze missie –binnen 60 minuten ontsnappen– mislukt.
Net niet
Bij de plaatselijke McDonald’s evalueren we nog eens wat er misging en wat we anders hadden moeten doen. Een van de conclusies is dat de samenwerking beter had gekund. Hoewel het euforische gevoel van een geslaagde ontsnapping ontbreekt, hebben we niet het gevoel dat we faalden. We waren er gewoon net niet. Daarna stappen we voldaan naar buiten: het was maar een spelletje.